Operation Manual

Page 13 of 15
Onderhoud
1. Controleer regelmatig de verbinding tussen motor en accu en zorg dat het droog en schoon is.
2. Controleer regelmatig of de banden de juiste druk hebben.
3. Wanneer u op een natte weg rijdt, zorg er dan voor dat de diepte van het water niet hoger komt dan de wielnaaf.
4. De fiets moet worden opgeslagen op een koele en droge plek en niet bij bijtende gassen en vloeistoffen.
5. Stel de fiets niet, voor een lange tijd, bloot aan sterk zonlicht of regen.
6. De fiets niet zelf demonteren en repareren.
7. Voeg jaarlijks smeerolie toe aan voorschacht, achterste as, tandwiel, voorvork en andere transmissie-onderdelen.