Operation Manual
NL
41
BELANGRIJKSTE GEBRUIKS- EN
ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN
Optillen van de brandstoftank (afb. 34)
Opgelet
Om te voorkomen dat er benzine uit het
ontluchtingsgat van de benzinedop komt, mag er niet
meer dan 5 liter benzine in de tank zitten.
Verwijder het zadel (pag. 28) en til de haak (1) op.
Til de tank op en ontkoppel de steunstang (2, afb. 35) van
zijn plek onder het zadel.
Plaats de tank op de steunstang.
Om de tank weer te monteren, de hierboven beschreven
handelingen in de omgekeerde volgorde uitvoeren.
Opgelet
Als u de tank weer laat zakken, dient u op te letten
dat alle slangen op hun plaats zitten en nergens worden
platgedrukt.
1
afb. 34
2
3
afb. 35