Operation Manual
NL
35
Het voertuig moet spontaan starten, zonder gas te geven.
Opmerkingen
Als de accu leeg is, belet het systeem het aanslaan
van de startmotor.
4) Plaats de starthendel in de verticale positie (A) om een
motortoerental te verkrijgen van circa 1.400-1.500 min
-1
.
Belangrijk
De motor niet op een hoog toerental laten lopen als
deze koud is. Wachten tot de olie warm is en alle punten
heeft gesmeerd die dit nodig hebben.
5) Breng vervolgens, terwijl de motor langzaam warm
wordt, geleidelijk de chokehendel in de verticale positie (A,
afb. 28). Als de motor voldoende warm gelopen is, moet
deze in zijn stationair toerental blijven draaien ook als de
choke niet meer wordt gebruikt.
Hoge omgevingstemperatuur (hoger dan 35 °C/95 °F):
De startprocedure is dezelfde als voor een "Normale
ruimtetemperatuur", maar zonder de choke te gebruiken.
Lage omgevingstemperatuur (lager dan 10 °C/50 °F):
De startprocedure is dezelfde als voor een "Normale
omgevingstemperatuur", maar de motor dient circa 5
minuten langer warm te draaien (punt 5).
1
2
afb. 27
A
B
afb. 28