User manual

NL
Accu-conditioner in gebruik nemen BC100, BC200
72
6 Accu-conditioner in gebruik nemen
A
I
Controleer of de accu zich in een correcte toestand bevindt.
Controleer:
de accubehuizing op beschadigingen
de vloeistoftoestand van de accu
Vul de accu evt. met gedestilleerd water bij.
–de poolcontacten
Verwijder eventuele verontreinigingen.
de accuspanning met een voltmeter: Deze mag niet lager zijn dan 9 V
(MBCC100) resp. 4,5 V (MBCC200).
Bij een spanning van lager dan 9 V (12-V-accu's) resp. 4,5 V (6-V-accu's) kan
een cel defect zijn. In zo'n geval is de accu defect en mag deze niet worden
opgeladen.
Schakel het contact van uw voertuig uit.
Steek de laadstekker (afb. 2 1, pagina 3) van de accu-conditioner in het
12/6-Vg-stopcontact (bijv. sigarettenaansteker) of
… sluit de adapterkabel (afb. 2 2, pagina 3) met de accuklemmen op de accu
(afb. 2 3, pagina 3) aan:
plusklem van de accu: rode kabel
minklem van de accu: zwarte kabel
I
Steek de netkabel van de accu-conditioner in een 230-V/50-Hz-stopcontact.
LET OP!
Plaats het toestel op een plek, waarop het tegen vocht en vochtige lucht
beschermd is.
Let erop dat
de montageplaats goed geventileerd en
het montagevlak vlak is en voldoende stevigheid biedt.
INSTRUCTIE
Bij sommige voertuigen functioneert het 12/6-V-stopcontact alleen bij
ingeschakeld contact.
Tak in dit geval de lading direct van de accu af.
INSTRUCTIE
Als bij aansluiting op het 12/6-Vg stopcontact de rode LED „omge-
poold” (afb. 1 5, pagina 3) gaat branden moet u het toestel met de
adapterkabel (afb. 2 2, pagina 3) direct op de accu aansluiten.
MBCC-100-200--O-16s.book Seite 72 Montag, 21. November 2016 10:01 22