Instructions

www.diclaadsystemen.nl
4
NL
DE
EN
1 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Lees eerst goed de bijgeleverde documentatie. Houd er goed rekening mee dat u
aan een elektrische installatie werkt!
Zorg tijdens de montage van het inbouw oplaadpunt dat er géén spanning
aanwezig is. Het laadstation is volgens de laatste geldende voorschriften
ontworpen, volgens de richtlijnen IEC 61851.
Veilige montage mag uitsluitend door een gediplomeerde monteur van een erkend
bedrijf plaatsvinden. Bij verkeerd gebruik kan een gevaarlijke situatie ontstaan.
De complete lader bestaat uit 2 delen:
Deel 1: De inbouw unit.
Deel 2: De controlebox inclusief 4 meter stuurstroom kabel.
2 MONTAGE PLAN
Bepaal de juiste locatie voor het oplaadpunt. Teken de voorzijde af op de wand, houd
er rekening mee dat de aluminium inbouw doos taps loopt. Zaag de afgetekende
uitsparing netjes uit (zie foto 1).
Het inbouw deel en de controle box moeten worden verbonden d.m.v. 2 kabels,
1 stuurstroom kabel van maximaal 4 meter welke is meegeleverd en een hoofdstroom
kabel bijvoorbeeld een ymvk kabel 5 x 2,5mm
2.
Voor een 3,7kW aansluiting is een kabel minimaal 3 x 2,5mm
2
nodig. Voor een 11KW
aansluiting is een kabel minimaal 5 x 2,5mm
2
nodig. Voer de 2 kabels in door de
wartels en draai deze goed aan. Boor in het inbouw deel op de juiste plaats de
gaten waar mee deze unit wordt gemonteerd, (zie foto 2) houd bij de montage
rekening met de hoogte van de rubberen afdichting welke is meegeleverd (zie
foto 3). Boor gaten voor de meegeleverde pluggen 6 mm in de wand.
Sluit de contactdoos, vergrendel motor en led lamp nu aan volgens het aan sluit-
schema (pagina 5).