Operation Manual
23 Veiligheid in de dLAN
devolo dLAN 200 AVmini
woord een willekeurig gekozen, zeer veilig wacht-
woord automatisch bepalen en laten toekennen. Via
de toets Standaard wachtwoord wordt het wacht-
woord van de dLAN-adapter naar de fabrieksinstelling
teruggezet. Normaal gesproken wordt de weergave
van het wachtwoord uit veiligheidsoverwegingen ver-
borgen. Door activeren van de optie Tekens weerge-
ven wordt het actuele wachtwoord in het tekstveld
leesbaar getoond.
Het standaardwachtwoord bij levering luidt
HomePlugAV. Door een specifiek wachtwoord voor
een afzonderlijke adapter in te stellen kunt u de
adapter uitsluiten uit het overige dLAN-netwerk.
Overige dLAN-adapters configureren (afb. 8)
Na het installeren van de lokale dLAN-adapter kunt u
indien gewenst het in stap 2 gekozen
dLAN_wachtwoord aan andere dLAN-apparaten in uw
netwerk toekennen, om zo een afgesloten dLAN-
netwerk te realiseren.
Daarvoor heeft u de 16 tekens lange beveiligings-ID's
van de verschillende adapters nodig. Deze ID's treft u
aan op het label op de adapterbehuizing. Voer deze
een voor een in de vier tekstvelden in, en bevestig deze
met behulp van de toets Wachtwoord instellen.
Wanneer een beveiligings-ID correct is en het apparaat
is in de dLAN bereikbaar, dan wordt het apparaat aan
de lijst met al geconfigureerde adapters toegevoegd.
Wanneer de dLAN-configuratiewizard na de
succesvolle eerste installatie later nogmaals wordt
opgeroepen, bijvoorbeeld om een nieuwe adapter in
het netwerk te integreren, herinnert de applicatie
zich de al eerder ingevoerde apparaten en
beveiligings-ID's, wanneer u deze via een
persoonlijk netwerk- of standaard wachtwoord
heeft gecodeerd. In dit geval hoeft u de apparaten
niet opnieuw te installeren.
Wanneer het netwerk echter bij de voorgaande
installatie via het willekeurig wachtwoord werd
gedoceerd, dan moet u, om een nieuwe adapter in het
netwerk te kunnen integreren, alle reeds ingevoerde
dLAN-adapters via beveilingings-ID opnieuw
registreren.