Operation Manual

Onderhoud
13
160 Caravan - 14-09 - NL
13.3 Veiligheidskoppelingen
Reinig de veiligheidskoppeling en de kogelkop regelmatig. Gebruik daarvoor
thinner of spiritus. Let er bij het smeren van de veiligheidskoppeling op, dat er geen
olie of vet op de frictievoeringen terecht komt.
Slijtagecontrole
frictievoeringen
Voorwaarde: De veiligheidskoppeling is aangekoppeld en de stabilisatiehand-
greep is zo ver mogelijk omlaag gedrukt.
z Wanneer de groene markering zichtbaar is (Afb. 150,1), zijn de frictievoeringen
voor en achter nog in orde. Wanneer de groene markering niet meer zichtbaar
is, moeten de frictievoeringen worden vervangen.
z Wanneer de pijl (Afb. 150,2) onder softdockmarkering 1-groen (Afb. 150,4)
staat, zijn de frictievoeringen rechts en links in orde. Wanneer de pijl (Afb. 150,2)
boven softdockmarkering 1-rood (Afb. 150,3) staat, moeten de frictievoeringen
worden vervangen.
Slijtagecontrole
koppelingskogel en
koppelingsmechanisme
Voorwaarde: de veiligheidskoppeling is aangekoppeld.
Rijd ca. 500 m met de combinatie (stabilisatie-inrichting gedeactiveerd).
Controleer de toestand op de slijtage-aanduiding:
z Wanneer de groene markering (Afb. 150,1) zichtbaar is, is de koppelingskogel in
orde. Wanneer de groene markering niet meer zichtbaar is, bedraagt de dia-
meter van de koppelingskogel < 49 mm en moet de koppelingskogel worden
vervangen.
Afb. 150 Slijtagecontrole frictievoeringen
1
2
3
4
Z De frictievoeringen hoeven niet te worden bijgesteld.
Afb. 151 Slijtage-aanduiding
1