Operation Manual

Onderhoud
13
167Caravan - 12-11 - NL
13.6 Klimaatregeling
Aan de achterzijde van de klimaatregeling bevindt zich een pluizenfilter
(Afb. 173,1) voor de circulatielucht-aanzuiging. De pluizenfilter moet met
regelmatige intervallen, maar ten minste 2 x per jaar, gereinigd en indien nodig
vervangen worden.
Pluizenfilter uit klimaatregeling trekken, reinigen of indien nodig vervangen.
Onder de bodem van het voertuig bevindt zich de condenswaterafvoer. Om ervoor
te zorgen dat het condenswater onbelemmerd kan weglopen, de afvoerslang vrij
van vuil, bladeren en dergelijke houden.
13.7 Vervangen van de gloeilampen en TL-buizen
X Voor werkzaamheden aan het apparaat de stroomvoorziening uitschakelen.
Z De klimaatregeling nooit zonder pluizenfilter gebruiken. Zonder pluizenfilter
raakt de verdamper vervuild waardoor de capaciteit van de klimaatregeling
afneemt.
Z Bij een verstopte condenswaterafvoer kan er condenswater in het voertuig
terecht komen. De condenswaterafvoer vrij van vuil, bladeren en dergelijke
houden.
Afb. 173 Pluizenfilter klimaatregeling
1
X Gloeilampen en lamphouders kunnen erg warm worden. Daarom voor het
vervangen van gloeilampen de lamp laten afkoelen.
X Vóór het vervangen van de gloeilampen de stroomtoevoer naar de beveili-
gingsautomaat in de 230-V-zekeringenkast uitschakelen.
X Gloeilampen ontoegankelijk voor kinderen bewaren.
X Geen gloeilamp gebruiken die is gevallen of die krassen heeft in het glas. De
gloeilamp zou kunnen springen.
X Lampen kunnen zeer heet worden. Als de lamp is ingeschakeld, moet de vei-
ligheidsafstand tot brandbare voorwerpen altijd 30 cm bedragen. Brandge-
vaar!
Z Een nieuwe gloeilamp niet vastpakken met de vingers. Om de nieuwe gloei-
lamp in te zetten een stoffen doek gebruiken.
Z Alleen gloeilampen van hetzelfde type en met het juiste aantal watt gebruiken.
Z Wanneer LED's in lampen defect zijn, een officiële dealer of een servicepunt
opzoeken.