Operation Manual

119Caravan - 09-09 - DET-0025-10NL
Inbouwapparatuur
10
Gebruikswijzen De klimaatregeling heeft de volgende gebruikswijzen:
Automatisch
Ventilatie, handmatig
Koeling, handmatig
Verwarming, handmatig
Inschakelen:
De toets ON/OFF (Afb. 131,9) indrukken.
De toets "Mode" (Afb. 131,11) net zo vaak indrukken, tot de gewenste
bedrijfsmodus (Afb. 131,1, 2, 3 of 4) op het display (Afb. 131,20) wordt
weergegeven.
Met de toetsen "+" (Afb. 131,19) en "–" (Afb. 131,18) de gewenste tempe-
ratuur instellen.
Met de toets ventilatorsnelheid (Afb. 131,10) de gewenste ventilatorstand
kiezen.
Uitschakelen:
De toets ON/OFF (Afb. 131,9) indrukken.
Lichtdiode De lichtdiode (LED) (Afb. 132,4) aan de dakunit (Afb. 132,1) duidt de
gebruikswijze van de klimaatregeling aan:
Luchtstroom De luchtstroom kan in verschillende richtingen gestuurd worden. De verdeling
van de luchtstroom naar voren of achteren is traploos instelbaar.
Luchtstroom instellen:
De beide omkeerders (Afb. 132,3 en 5) in de gewenste stand zetten.
Draaiknop (Afb. 132,2) aan de draaiknop een kwartslag tegen de klok in
draaien. De schuifregelaar voor de luchtverdeling is ontgrendeld.
De schuifregelaar naar voren of achteren in de gewenste stand schuiven.
Die kant waaraan de schuifregelaar zich bevindt, wordt gesloten.
Draaiknop met de klok mee vastdraaien.
Afb. 132 Klimaatregeling (Dometic)
Toestand LED Betekenis
Uit Klimaatregeling uit
Oranje Klimaatregeling bedrijfsklaar
Groen Klimaatregeling in gebruik
Rood (permanent) 230-V-stroomaansluiting ontbreekt
Rood (enkel knipperend) Storing van de temperatuursensor binnen
Rood (dubbel knipperend) Storing van de temperatuursensor buiten