Operation Manual
1
48 Motorcaravan - 09-08 - DET-0037-07N
L
Inbouwapparatuur
1
0
Gebruikswijzen De verwarming heeft twee gebruikswijzen:
Zomergebruik
Wintergebruik
Het verwarmen van het voertuig is alleen mogelijk met de gebruikswijze
"Winter". Bij de gebruikswijze "Zomer" wordt alleen het water in de boiler ver-
warmd. Het verwarmen van het voertuig is in deze gebruikswijze niet mogelijk.
Gebruikswijze instellen:
Gebruikswijze instellen met de draaischakelaar (Afb. 159,8).
De spanningsvoorziening voor het toestel kan via de hoofdschakelaar 12 V
niet worden onderbroken. Bij storingen knippert het controlelicht "Bedrijf/sto-
ring" (Afb. 159,5) afwisselend groen en rood.
Zomergebruik Het verwarmen van het voertuig is in de gebruikswijze "Zomer" niet mogelijk.
In deze gebruikswijze wordt alleen het water in de boiler tot 40 °C of 70 °C
verhit.
Wintergebruik De verwarming kiest zelfstandig het branderniveau dat vereist is voor het
bereiken van de gewenste ruimtetemperatuur. Als de gewenste ruimtetempe-
ratuur is bereikt, schakelt de brander uit. Bij gebruikswijze "Verwarming en
boiler" (Afb. 159,4) wordt ook het water in de boiler tot 70 °C verhit. De verwar-
ming kan in de gebruikswijze "Verwarming zonder boiler" (Afb. 159,2) met
lege boiler werken.
Controlefunctie
"Geen water"
Wanneer de gebruikswijze "Verwarming en boiler" (Afb. 159,4) wordt gekozen
terwijl de boiler leeg is, knippert het controlelicht "Geen water" (Afb. 159,3).
Schakel in dit geval over op de gebruikswijze "Verwarming zonder boiler"
(Afb. 159,2).
Verwarming inschakelen:
Draairegelaar "Temperatuur" (Afb. 159,6) op het bedieningspaneel
instellen op de gewenste thermostaatinstelling voor de ruimtetemperatuur.
Draaischakelaar "gebruikswijze" (Afb. 159,8) op wintergebruik "Verwar-
ming zonder boiler" (Afb. 159,2) of op wintergebruik "Verwarming en
boiler" (Afb. 159,4) instellen.
Het controlelicht "Bedrijf/storing" (Afb. 159,5) licht groen op.
Het symbool van de gekozen gebruikswijze en het temperatuursymbool
lichten rood op.
Afb. 159 Bedieningspaneel voor ver-
warming/boiler
1 Zomergebruik watertemperatuur
40 °C of 70 °C
2 Wintergebruik "Verwarming zonder
boiler"
3 Controlelicht "Geen water"
4 Wintergebruik "Verwarming en
boiler"
5 Controlelicht "Bedrijf/storing"
(groen/rood)
6 Draairegelaar "Temperatuur"
7 Vorstbeveiliging
8 Draaischakelaar "Gebruikswijze"
9 Legen boiler
10 Uit
Kies de gebruikswijze "Verwarming en boiler" alleen wanneer de boiler met
water is gevuld.