Operation Manual
12
7M
otorcaravan - 09-08 - DET-0037-07NL
Elektrische installatie
9
Waterhoeveelheid/
afvalwaterhoeveelheid
Met het indicatie-instrument V/tank kan de waterhoeveelheid of de afvalwater-
hoeveelheid worden getoond.
Bij het indicatie-instrument V/tank (Afb. 137,1) letten op de onderste schaal-
verdeling. Het indicatie-instrument wordt automatisch verlicht, zodra een
schakelaar wordt ingedrukt.
Indicaties:
Wipschakelaar (Afb. 137,7) boven indrukken " ": De waterhoeveelheid
wordt getoond.
Wipschakelaar (Afb. 137,7) beneden indrukken " ": De afvalwaterhoe-
veelheid wordt getoond.
9.8.2 Accu-alarm voor woonruimteaccu
Het rode waarschuwingslicht ALARM (Afb. 137,8) knippert zodra de spanning
van de woonruimteaccu (meting bij lopende werking) minder dan 11 V
bedraagt en daardoor diepontlading dreigt op te treden.
13,3 V tot 13,7 V Accu wordt gela-
den (hoofdlading)
Treedt slechts
kortdurend na het
laden op
Accu wordt gela-
den (hoofdlading)
13,8 V tot 14,4 V Accu wordt gela-
den (druppella-
ding)
– Accu wordt gela-
den (druppella-
ding)
Meer dan 14,5 V Accu wordt over-
laden, regelaar
van de dynamo
defect
– Accu wordt over-
laden, elektroblok
defect
1)
Accubewaking schakelt alle verbruikers uit (bij 10,5 V).
2)
Indien de spanning dit bereik meerdere uren niet overschrijdt.
Waarden voor rustspanning Laadtoestand van de accu
Minder dan 11 V Diepontladen
12,3 V 50 %
12,5 V 75 %
Meer dan 12,8 V Vol
Langere diepontlading beschadigt de accu onherstelbaar.
Accuspanning
(waarden bij lo-
pende werking)
Rijden
(voertuig rijdt,
geen 230-V-aan-
sluiting)
Accugebruik
(voertuig staat
stil, geen 230-V-
aansluiting)
Netgebruik
(voertuig staat
stil, 230-V-aan-
sluiting)
Tankpeil slechts kort aflezen. Als de indicatie langere tijd ingeschakeld
blijft, kunnen de meetvoelers beschadigd raken.