Operation Manual
1
08 Motorcaravan - 09-08 - DET-0037-07N
L
Gasinstallatie
8
8.4 Gasflessen vervangen
Afhankelijk van de modeluitvoering is de gasfleshouder in de gaskast uittrek-
baar:
Serviceluik voor gaskast openen (zie sectie 7.2).
Als er een beschermingsplaat aanwezig is, de beschermingsplaat
(Afb. 128,1) omlaagklappen.
De slede (Afb. 128,3) via de greep (Afb. 128,2) ontgrendelen.
Slede (Afb. 128,3) tot de aanslag uittrekken.
Greep (Afb. 128,2) terugdraaien.
Hoofdafsluitkraan (Afb. 129,4) op de gasfles sluiten. Let op de richting van
de pijl.
Gasdrukregelaar (Afb. 129,2) vasthouden en kartelmoer (Afb. 129,3)
openen (linkse schroefdraad).
Gasdrukregelaar met gasslang (Afb. 129,1) van de gasfles verwijderen.
Bevestigingsriemen losmaken en gasfles uitnemen.
Gevulde gasfles in de gaskast zetten.
Gasfles met de bevestigingsriemen bevestigen.
Gasdrukregelaar (Afb. 129,2) met gasslang (Afb. 129,1) op de gasfles
aanbrengen en kartelmoer (Afb. 129,3) met de hand vastdraaien (linkse
schroefdraad).
De slede (Afb. 128,3) via de greep (Afb. 128,2) ontgrendelen.
Slede (Afb. 128,3) tot de aanslag inschuiven en de greep (Afb. 128,2)
terugdraaien.
Als er een beschermingsplaat aanwezig is, de beschermingsplaat
(Afb. 128,1) omhoogklappen.
Serviceluik sluiten (zie sectie 7.2).
Bij het vervangen van de gasflessen niet roken en geen open vuur ont-
steken.
Na het vervangen van gasflessen controleren of er bij de aansluitpunten
geen gas uitloopt. Daarvoor de aansluiting met lekzoek-spray inspuiten.
De toebehorenhandel biedt deze middelen aan.
Afb. 128 Gaskast Afb. 129 Aansluiting gasfles