Operation Manual

8
5C
aravan - 11-06 - DET-0025-06NL
Elektrische installatie
9
Laden met voertuigmotor
van het trekvoertuig
Als de motor van het trekvoertuig draait, wordt de woonruimteaccu door de
voertuigdynamo bijgeladen. Hiervoor moet de elektrische verbinding tussen
trekvoertuig en caravan tot stand zijn gebracht. Als de motor van het trekvoer-
tuig is uitgeschakeld, wordt de elektrische verbinding door een relais automa-
tisch gescheiden. Daardoor wordt voorkomen dat de accu van het trekvoertuig
door elektrische verbruikers in de woonruimte wordt ontladen. Daardoor ont-
staan er geen problemen bij het starten van het trekvoertuig.
Laden met een extern
laadapparaat
Bij het laden van de woonruimteaccu met een extern laadapparaat als volgt te
werk gaan:
Caravan elektrisch van het trekvoertuig scheiden.
Hoofdschakelaar 12 V op het paneel uitschakelen. Het controlelicht gaat
uit.
De netstekker van het elektroblok loskoppelen.
Alle gasverbruikers uitschakelen, alle gasafsluitkranen en de hoofdafsluit-
kraan op de gasfles sluiten.
Bij het afklemmen van de accupolen bestaat kortsluitingsgevaar. Daarom
van de woonruimteaccu eerst de minpool en vervolgens de pluspool
afklemmen.
De woonruimteaccu uit het voertuig bouwen.
Als het voertuig met een lood-gel-accu is uitgerust: Controleren of het
externe laadapparaat voor lood-gel-accu is toegestaan.
Controleren, of het externe laadapparaat is uitgeschakeld.
Het externe laadapparaat aansluiten op de woonruimteaccu. Letten op de
poling: Eerst de pooltang "+" aan de pluspool van de accu klemmen, ver-
volgens de pooltang "–" aan de minpool van de accu klemmen.
Extern laadapparaat inschakelen.
Informatie over de laadduur van de accu ontlenen aan de gebruiksaanwij-
zing van het aangebrachte laadapparaat.
Informatie over de sterkte van de accu vindt u op de accu.
Extern laadapparaat in omgekeerde volgorde losklemmen.
9.4 Stroomvoorzieningsapparaat
Het stroomvoorzieningsapparaat is in de kledingkast ingebouwd.
Als het voertuig niet op de 230V-voorziening is aangesloten, wordt de beno-
digde stroom uit de accu van het trekvoertuig gehaald, tenminste wanneer het
contact 9 "Permanent plus" op de contactdoos van het trekvoertuig aange-
sloten is (zie het aansluitschema aan het einde van dit hoofdstuk). De 12-V-
woonruimteverlichting, het cassettetoilet en de waterpomp kunnen worden
gebruikt.
Als het voertuig op de 230-V-voorziening wordt aangesloten, schakelt het
stroomvoorzieningsapparaat de stroomvoorziening in de woonruimte automa-
tisch van de accu van het trekvoertuig op netgebruik om. Bij variant 2 moet
daarvoor het stroomvoorzieningsapparaat ingeschakeld zijn.
De accu van het trekvoertuig wordt door het stroomvoorzieningsapparaat
niet opgeladen.