Operation Manual

Caravan - 11-05 - DET-0025-05 NL 75
Elektrische installatie
9
9 Elektrische installatie
Hoofdstukoverzicht
In dit hoofdstuk staan instructies voor de elektrische installatie van de caravan.
De instructies hebben betrekking op:
de veiligheid
het 230-V-boordnet
de aansluiting op de 230-V-voorziening
het 12-V-boordnet
het stroomvoorzieningsapparaat
verklaringen van begrippen met betrekking tot de accu
de woonruimteaccu
het laden van de woonruimteaccu
het bedieningspaneel
het elektroblok
de zekeringenindeling
de contactdozen
de aansluiting aan het trekvoertuig
het verloop van de leidingen
De bediening van de op elektriciteit werkende apparaten van de caravan is in hoofdstuk 10 beschre-
ven.
9.1 Algemeen
9.2 230-V-boordnet
Het 230-V-boordnet is beveiligd door een tweepolige beveiligingsautomaat (Afb. 76,1). De beveili-
gingsautomaat bevindt zich in de kledingkast.
Het beveiligingsautomaat is in het stroomvoorzieningsapparaat geïntegreerd (Afb. 79) of apart naast
het stroomvoorzieningsapparaat gemonteerd (Afb. 80).
Het 230-V-boordnet verzorgt:
de contactdozen met randaarde
de koelkast
de 12-V-voorziening van het woongedeelte
De elektrische verbruikers, die op het 12-V-
boordnet van de caravan aangesloten zijn, wor-
den door het stroomvoorzieningsapparaat of
door de woonruimteaccu van spanning voor-
zien.
Als de externe 230-V-voorziening is aangeslo-
ten, wordt de woonruimteaccu (SU) automa-
tisch door het in het elektroblok ingebouwde
laadapparaat (SU) bijgeladen.
De caravan zo vaak mogelijk op een externe
230-V-voorziening aansluiten. Daarbij laadt het
laadapparaat automatisch de woonruimteaccu.
Afb. 76 230-V-beveiligingsautomaat
Alleen vaklieden aan de elektrische installatie laten werken.
Defecte zekeringen alleen vervangen, als de foutoorzaak bekend en verholpen is.