Operation Manual

Caravan - 11-05 - DET-0025-05 NL 71
Gasinstallatie
8
8.3 Gasflessen
De gasdrukregelaar reduceert de gasdruk van de gasfles tot de bedrijfsdruk van de gastoestellen.
Als 2 gasflessen tegelijkertijd worden gebruikt:
■ Gasdrukregelaar met automatische omschakeling aansluiten.
Gasflessen alleen in de gaskast meenemen.
Gasflessen in de gaskast rechtop en beveiligd tegen draaien vastbinden.
Als de gasflessen niet op de gasslang zijn aangesloten, altijd de beschermkap aan-
brengen.
Hoofdafsluitkraan aan de gasfles sluiten voordat de gasdrukregelaar of de gasslang
van de gasfles wordt verwijderd.
Gasdrukregelaar op de gasfles alleen met de hand aansluiten. Geen gereedschap
gebruiken.
Voor het gebruik in voertuigen uitsluitend een speciale gasdrukregelaar met veilig-
heidsventiel gebruiken. Andere gasdrukregelaars zijn niet toegelaten en voldoen niet
aan de hoge eisen. De gasdrukregelaar om de 10 jaar laten vervangen.
Alleen gasflessen van 11 kg of 5 kg gebruiken. Campinggasflessen met ingebouwd
terugslagventiel (blauwe flessen met een inhoud van max. 2,5 resp. 3 kg) mogen in
uitzonderingsgevallen met een veiligheidsventiel worden gebruikt.
Voor buitengasflessen zo kort mogelijke slangen gebruiken (max. 120 cm).
> Schroefverbindingen van de gasdrukregelaar hebben linkse schroefdraad.
> Voor apparaten op gas moet de gasdruk tot 30 mbar worden gereduceerd.
> De niet-verstelbare gasdrukregelaar direct op het flesventiel aansluiten met veilig-
heidsventiel.
> Informatie bij de Dethleffs-dealer.
> Voor het vullen en aansluiten van de gasflessen in Europa levert Dethleffs toebehoren
voor de betreffende Euro-vulsets c.q. Euro-flessensets.
> Informatie over de gasdistributie in Europa vindt u in hoofdstuk 17.