Operation Manual

Caravan - 11-05 - DET-0025-05 NL 51
Wonen
7
7.6 Dakluiken
Afhankelijk van het model zijn in de caravan dakluiken met of zonder kunstmatige ventilatie inge-
bouwd. Bij modellen met dakluik zonder kunstmatige ventilatie vindt de ventilatie plaats met de pad-
destoeldakventilatoren.
De ventilatieopeningen van de kunstmatige ventilatie moeten steeds open blijven. In-
gebouwde kunstmatige ventilatieopeningen (dakluiken met kunstmatige ventilatie of
paddestoeldakventilatoren) nooit afdekken, b. v. met een wintermat, of dichtzetten.
Kunstmatige ventilatieopeningen vrijhouden van sneeuw en bladeren.
> De dakluiken zijn uitgerust met verduisteringsrollo of vouwverduistering en rolhor. Ver-
duisteringsrollo's en rolhorren springen na het losmaken van de vergrendeling door
trekkracht automatisch terug in de uitgangsstand. Om het trekmechanisme niet te be-
schadigen het verduisteringsrollo of rolhor vasthouden en langzaam in de uitgangs-
stand terugbrengen.
> Als het verduisteringsrollo resp. de vouwverduistering helemaal is gesloten, kan er bij
sterke zonnestraling warmteophoping tussen het verduisteringsrollo/de vouwverduis-
tering en het dakluik optreden. Het dakluik kan beschadigd worden. Daarom bij sterke
zonnestraling het verduisteringsrollo/de vouwverduistering maar voor 2/3 sluiten.
> Al naargelang het weer de dakluiken zo ver sluiten, dat er geen vocht kan binnendrin-
gen.
> Voor het begin van de rit de dakluiken sluiten.
> De dichtingen van de dakluiken minstens 1 x per jaar met talk inwrijven.
> Bij het verlaten van de caravan altijd de dakluiken sluiten.