Operation Manual

o
Volume bij aanzetten
Definieer de volume-instelling die actief is wanneer de netspanning
wordt ingeschakeld.
Laatste
(Standaard) :
Gebruik de opgeslagen instelling van de
laatste sessie.
Mute:
Altijd dempen als het toestel wordt
aangezet.
1 – 98
(–79.5 dB – 18.0 dB) :
Het volume wordt aangepast aan het
ingestelde niveau.
0
Dit kan worden ingesteld wanneer “Volumeniveau” is ingesteld op “Variabel”.
(v
blz. 207)
0
De dB-waarde wordt weergegeven wanneer de instelling “Schaal”“ –79.5 dB –
18.0 dB” is. (v blz. 151)
o
Dempingsniveau
Stel de verzwakking in wanneer demping is ingeschakeld.
Volledig
(Standaard) :
Het geluid wordt volledig uitgeschakeld.
–40 dB : Het geluid wordt verzwakt met 40 dB.
-20 dB : Het geluid wordt verzwakt met 20 dB.
Zone herbenoemen
Verander de schermtitel van iedere zone in een titel van uw voorkeur.
MAIN ZONE / ZONE2
Stand. inst.:
De standaardinstelling wordt hersteld voor
de bewerkte zonenaam.
0
U kunt maximaal 10 tekens invoeren.
Ga naar “Het toetsenbordscherm gebruiken” (v
blz. 144) voor het invoeren van
tekens.
Snelkeuze naam
Wijzig de snelkeuzenaam die verschijnt op het TV-scherm naar een naam
van uw voorkeur.
Snelkeuze 1 / Snelkeuze 2 / Snelkeuze 3 / Snelkeuze 4
Stand. inst.:
De standaardinstelling wordt hersteld voor
de bewerkte snelkeuzenaam.
0
U kunt maximaal 16 tekens invoeren.
Ga naar “Het toetsenbordscherm gebruiken” (v
blz. 144) voor het invoeren van
tekens.
Inhoud Aansluitingen Weergave Instellingen Tips Appendix
208
Voorpaneel Display Achterpaneel
Afstandsbediening
Index