Users Guide
Printerberichten begrijpen
443
29
Printerberichten begrijpen
Het touch-paneel van de printer laat foutberichten zien die de actuele staat van de printer beschrijven en geeft een
aanduiding van mogelijke printerproblemen die u moet oplossen. In dit hoofdstuk vindt u een lijst met statuscodes
of foutmeldingen en instructies voor het oplossen van foutmeldingen. Wanneer u contact opneemt met de
klantenondersteuning in verband met een storing, houd dan de statuscodes en foutmeldingen bij de hand.
OPGELET:
als er een storing optreedt, kunnen de afdrukgegevens die nog in de printer zitten en de in het geheugen van de
printer opgenomen informatie beschadigd raken.
OPMERKING:
een statuscode wordt in een foutbericht vermeld.
OPMERKING:
voor statuscodes die niet in dit hoofdstuk staan, wordt verwezen naar instructies bij elke foutmelding.
Statuscodes
Statuscode Wat u kunt doen
004-310 Zet de printer uit. Controleer of de lade op de juiste manier is geïnstalleerd en zet de printer aan. Neem
contact op met customersupport als deze fout zich herhaalt.
005-110 Verwijder de vastgelopen documenten.
005-112 Open de DADF-klep en verwijder het papier dat is vastgelopen.
005-121
005-124 Open de DADF-klep en verwijder alle documenten.
005-301 Sluit de klep van de DADF.
005-900 Open de DADF-klep en verwijder het papier dat is vastgelopen.
009-363 Zet de printer uit. Controleer of de tonercassette op de juiste manier is geïnstalleerd en zet de printer aan.
Neem contact op met customersupport als deze fout zich herhaalt. Zie “De Tonercassette vervangen” voor
meer informatie over het plaatsen van de tonercassette.
009-370 Zet de printer uit. Controleer of de zwarte tonercassette op de juiste manier is geïnstalleerd en zet de
printer aan. Neem contact op met customersupport als deze fout zich herhaalt. Zie “De Tonercassette
vervangen” voor meer informatie over het plaatsen van de tonercassette.
010-317 Zet de printer uit, wacht 40 minuten tot de fusereenheid is afgekoeld en controleer of de fusereenheid op de
juiste manier is geïnstalleerd. Zie “De fusereenheid, de overdrachteenheid en de vertragingsrol vervangen”
voor meer informatie over het plaatsen van de fusereenheid.
010-351 Zet de printer uit. Verwijder de gebruikte fusereenheid en plaats een nieuwe fusereenheid. Zie “De
fusereenheid, de overdrachteenheid en de vertragingsrol vervangen” voor meer informatie over het
vervangen van de fusereenheid.
010-377 Zet de printer uit. Controleer of de fusereenheid correct is geïnstalleerd en zet de printer aan. Neem contact
op met customersupport als deze fout zich herhaalt. Zie “De fusereenheid, de overdrachteenheid en de
vertragingsrol vervangen” voor meer informatie over het plaatsen van de fusereenheid.
010-421 De fusereenheid zal binnenkort vervangen moeten worden. Vervang de fusereenheid door de procedures te
volgen in “De fusereenheid, de overdrachteenheid en de vertragingsrol vervangen”.
010-910 Een van de twee envelopschakelaars staat niet correcte positie. Open de achterklep en schuif beide
envelopschakelaars op de fusereenheid in de correcte positie. Zie “De printer instellen op envelopmodus”
voor meer informatie over het instellen van de envelopmodus.
010-911 De printer staat niet in de envelopmodus. Voor het afdrukken op enveloppen is het aanbevolen om de
printer in op envelopmodus te stellen. Open de achterklep en schuif beide envelopschakelaars op de
fusereenheid in de positie .