Users Guide
418
Uw printersoftware begrijpen
•
Apparaat-adresboek
•Fax
Koppeling naar het adresboek van de printer voor de faxfunctie. U kunt tot 200 faxnummer en 6 groepen met
200 faxnummers vermelden.
•E-mail
Koppeling naar het adresboek van de printer voor de functie Scannen naar e-mail. U kunt tot 100 e-
mailadressen en 10 groepen met 10 e-mailadressen vermelden.
•Server
Koppeling naar het adresboek van de printer voor de functie Scannen naar netwerkmap. U kunt tot 32
serverinformatie registreren.
•
PC-faxadresboek
U kunt het PC-faxadresboek beheren voor gebruik van de functie Rechtstreeks faxen op de computer. U kunt tot
500 faxnummer en 500 groepen met 30 faxnummers vermelden.
Een vermelding bewerken:
1
Selecteer een adresboek waarin de vermelding is opgeslagen die u wilt bewerken.
2
Selecteer een vermelding die u wilt bewerken.
3
Klik op
Bewerken
en typ de nieuwe gegevens.
4
Klik op
Opslaan
om de wijzigingen op te slaan.
OPMERKING:
wanneer de vermeldingen in het adresboek zijn bijgewerkt, worden ze gesynchroniseerd met de printer en
tegelijkertijd bijgewerkt in de adresboeken van de printer.
ScanKnop-manager (voor OS X)
Met de ScanKnop-manager kunt u de locatie voor het opslaan van gescande gegevens wijzigen. Zie “De locatie voor
het opslaan van gescande gegevens wijzigen”.
User Setup Disk Creating Tool (voor Microsoft
®
Windows
®
)
Het programma User Setup Disk Creating Tool dat u vindt in de map MakeDisk van de map Utilities op de
Software and Documentation
-disk en de printerstuurprogramma’s op de
Software and Documentation
-disk worden
gebruikt voor het aanmaken van speciale stuurprogramma-installatiepakketten die aangepaste stuurprogramma-
instellingen bevatten. Een stuurprogramma-installatiepakket kan een groep vastgelegde stuurprogramma-
instellingen bevatten en andere gegevens voor zaken zoals:
• Afdrukrichting en N-op-1 (documentinstellingen)
•Watermerk
• Lettertypereferenties
Als u het printerstuurprogramma op meerdere computers met hetzelfde besturingssysteem wilt installeren, maakt u
een configuratiedisk op een medium of server op het netwerk. Gebruik van een dergelijke zelfgemaakte
configuratiedisk kan u heel wat werk besparen bij het installeren van het printerstuurprogramma.
• Installeer het printerstuurprogramma op de computer waarmee u de installatiedisk wilt samenstellen.
• De configuratiedisk kan alleen gebruikt worden met het besturingssysteem waaronder de disk is aangemaakt of
met computers die werken met datzelfde besturingssysteem. Maak afzonderlijke configuratiedisks voor elk van de
besturingssystemen.