Users Guide
184
Afdrukmediarichtlijnen
Papier kiezen
De juiste papierkeuze is belangrijk voor storingsvrij afdrukken, zonder dat het papier vastloopt.
Ter voorkoming van vastlopen of lage afdrukkwaliteit:
• Gebruik altijd nieuw, onbeschadigd papier.
• Alvorens het papier in te leggen, controleert u de aanbevolen afdrukkant van het papier. Deze informatie staat
gewoonlijk vermeld op de verpakking van het papier.
• Gebruik geen papier dat u zelf hebt bijgeknipt of afgesneden.
• Gebruik niet verschillende afdrukmedia, papiersoorten of -gewichten in één papierlade. Dit kan leiden tot
vastlopen van het papier.
• Verwijder de papierlade niet tijdens het afdrukken.
• Let op dat het papier juist in de papierlade wordt gelegd.
• Buig de stapel papier heen en weer en waaier het papier los. Tik met de stapel op een egaal oppervlak om de vellen
gelijk te leggen.
Selecteren van voorbedrukte media en briefhoofdpapier
Wanneer u voorgedrukte formulieren en briefhoofdpapier selecteert voor de printer:
• Gebruik papier met vezels in de lengterichting voor de beste resultaten.
• Gebruik alleen formulieren en papier met briefhoofd dat met een lithografische offsetpers of een
gravuredrukproces is vervaardigd.
• Kies papier dat de inkt absorbeert, maar waarop de inkt niet uitloopt.
• Vermijd papier met structuur of een ruw oppervlak.
• Gebruik papier dat is voorgedrukt met warmtebestendige inkt, geschikt voor gebruik in xerografische
kopieerapparaten. De inkt moet temperaturen van 225 °C kunnen doorstaan zonder te smelten en zonder dat
gevaarlijke stoffen vrijkomen.
• Gebruik inktsoorten die niet worden aangetast door de hars in de toner of de siliconen in de fusereenheid.
Inktsoorten op oliebasis of met oxidatie-fixering voldoen meestal wel aan deze eisen; latex inktsoorten mogelijk
niet. Als u twijfelt, vraag dan uw papierleverancier om advies.