Owners Manual

Tabel 18. MegaRAID-configuratiehulpprogramma (vervolg)
Optie Omschrijving
Ctrl Mgmt (Control Management)
In dit venster kunt u de instellingen voor de controlleropties
wijzigen, waaronder controller-BIOS inschakelen, BIOS stoppen bij
fout inschakelen en andere opties. Hiermee kunt u ook een
opstartbare virtuele schijf selecteren en de standaardinstellingen
van de controller herstellen.
Eigenschappen
In het venster Eigenschappen worden de controllereigenschappen
weergegeven, zoals de huidige versies van de controller-BIOS, de
MegaRAID-firmware, het configuratieprogramma en het
opstartblok.
OPMERKING: Druk op <CTRL> + <N> om naar het volgende scherm te gaan en druk op <CTRL> + <P> om terug te gaan naar het
vorige scherm.
Systeem- en installatiewachtwoord
Tabel 19. Systeem- en installatiewachtwoord
Type wachtwoord Omschrijving
Systeemwachtwoord Wachtwoord dat moet worden ingevuld om aan uw systeem in te
loggen.
Installatiewachtwoord Wachtwoord dat moet worden ingevoerd voor toegang en het
aanbrengen van wijzigingen aan de BIOS-instellingen van uw
computer.
U kunt ter beveiliging van uw computer een wachtwoord voor het systeem en de installatie aanmaken.
WAARSCHUWING: De wachtwoordfunctie zorgt voor een basisbeveiliging van de data in uw computer.
WAARSCHUWING: Iedereen heeft toegang tot de data op uw computer als deze onbeheerd en niet vergrendeld wordt
achtergelaten.
OPMERKING: De functie voor het systeem- en installatiewachtwoord is uitgeschakeld.
Een systeeminstallatiewachtwoord toewijzen
U kunt alleen een nieuw systeem- of beheerderswachtwoord instellen wanneer de status op Not Set staat.
Druk na het aanzetten of opnieuw opstarten van de computer onmiddellijk op F2 om naar de systeeminstallatie te gaan.
1. Selecteer in het scherm Systeem-BIOS of Systeeminstallatie de optie Beveiliging en druk op Enter.
Het scherm Security (Beveiliging) wordt geopend.
2. Selecteer Systeem-/beheerderswachtwoord en maak een wachtwoord aan in het veld Voer het nieuwe wachtwoord in.
Hanteer de volgende richtlijnen om het systeemwachtwoord toe te kennen:
Een wachtwoord mag bestaan uit maximaal 32 tekens.
Het wachtwoord mag de nummers 0 t/m 9 bevatten.
Er mogen alleen kleine letters worden gebruikt.
Alleen de volgende speciale tekens zijn toegestaan: spatie, (”), (+), (,), (-), (.), (/), (;), ([), (\), (]), (`).
3. Typ het wachtwoord dat u eerder hebt ingevoerd in het veld Bevestig nieuw wachtwoord en klik op OK.
4. Druk op Esc waarna een melding verschijnt om de wijzigingen op te slaan.
5. Druk op J om de wijzigingen op te slaan.
Hierna wordt de computer opnieuw opgestart.
120
Systeeminstallatie