Dell Precision 7820 Tower Eigenaarshandleiding Regelgevingsmodel: D02T Regelgevingstype: D02T001 May 2020 Ver.
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van het product. WAARSCHUWING: WAARSCHUWINGEN duiden potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertellen u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: LET OP duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan. © 2019 2020 Dell Inc. of zijn dochtermaatschappijen. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Chassis....................................................................................................................... 7 Vooraanzicht.......................................................................................................................................................................... 7 Achteraanzicht.............................................................................................................................................................
In- en uitvoerpaneel aan de voorkant............................................................................................................................... 39 Het in- en uitvoerpaneel aan de voorkant verwijderen.............................................................................................39 In- en uitvoerpaneel aan de voorkant plaatsen.......................................................................................................... 42 De bracket van het in- en uitvoerpaneel...
Moederbord verwijderen.............................................................................................................................................. 82 Het moederbord plaatsen.............................................................................................................................................88 Onderdelen van het moederbord.................................................................................................................................
Hoofdstuk 7: Software................................................................................................................. 122 Ondersteunde besturingssystemen................................................................................................................................. 122 Stuurprogramma's downloaden....................................................................................................................................... 122 Stuurprogramma's voor chipsets...........
1 Chassis In dit hoofdstuk worden de verschillende chassis weergaven samen met de poorten en connectoren en worden de FNsneltoetscombinaties uitgelegd. Onderwerpen: • • • • Vooraanzicht Achteraanzicht Interne weergave Belangrijke componenten van uw systeem Vooraanzicht 1. 3. 5. 7. 9. Aan/uit-knop Slot voor SD-kaart USB 3.1 Gen 1 Type C-poort met PowerShare Headsetpoort Dunne optische schijf 2. 4. 6. 8. 10. HDD-activiteits-led USB 3.1 Gen 1-poorten USB 3.
Achteraanzicht 1. 3. 5. 7. 9. 11. 8 PSU BIST-led Microfoon/Line-in-poort Seriële poort PS/2-toetsenbordaansluiting USB 3.1 Gen1-poorten PCIe-uitbreidingsslot Chassis 2. 4. 6. 8. 10. 12. Voedingseenheid Lijnuitgang-poort PS/2-muispoort Netwerkpoort USB 3.
Interne weergave 1. 3. 5. 7. PSU-beugel ODD 5,25” beugel PCIe-houder GPU 2. 4. 6. 8.
1. 3. 5. 7. 9. Koelplaat Systeemventilator Luidspreker Systeemventilator aan de voorkant PCIe-kaart met halve lengte 2. 4. 6. 8. 10. PSU-distributiekaart ODD-beugel van 5,25 inch 2,5 inch optische schijf Knoopcelbatterij Systeemventilator aan de achterkant Belangrijke componenten van uw systeem In dit gedeelte vindt u een illustratie van de belangrijkste onderdelen van uw systeem en de locatie ervan.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19.
2 Aan de computer werken Onderwerpen: • • • • Veiligheidsinstructies Uw computer uitschakelen - Windows Voordat u in de computer gaat werken Nadat u aan de computer heeft gewerkt Veiligheidsinstructies Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw persoonlijke veiligheid te garanderen en de computer te beschermen tegen mogelijke schade.
Uw computer uitschakelen - Windows WAARSCHUWING: U voorkomt dataverlies door alle geopende bestanden op te slaan en te sluiten. Sluit vervolgens alle geopende programma's voordat u de computer uitzet of het zijpaneel verwijdert. 1. Klik of tik op het 2. Klik of tik op het . en klik of tik vervolgens op Shut down. OPMERKING: Controleer of alle op de computer aangesloten apparaten uitgeschakeld zijn.
3 Onderdelen verwijderen en plaatsen Onderwerpen: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • Lijst met schroefmaten Aanbevolen hulpmiddelen Voeding Zijpaneel Voorklep Harde schijf-montagekader Harde-schijfeenheid NVMe FlexBay Dunne optische schijf In- en uitvoerkader aan de voorkant 5,25 inch ODD-bracket In- en uitvoerpaneel aan de voorkant De bracket van het in- en uitvoerpaneel VROC-module Intrusieschakelaar Interne chassisluidspreker Luchtkap Geheugen Graphical processing unit (GPU) Knoopbatt
Tabel 1.
De voeding plaatsen 1. Schuif de voedingseenheid in de voedingssleuf op het systeem. 2. Sluit de stroomkabel aan op het systeem. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.Nadat u aan de computer heeft gewerkt op pagina 13 Zijpaneel De zijplaat verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. WAARSCHUWING: Het systeem wordt niet ingeschakeld terwijl het zijpaneel eraf ligt.
4. Trek de vergrendeling [1] omhoog en draai deze om de kap [2] los te maken.
5. Til de kap op om deze uit het systeem te verwijderen. De zijplaat plaatsen 1. Lijn de onderkant van het zijpaneel uit met het chassis. 2. Zorg ervoor dat de haak aan de onderzijde van de zijplaat vastklikt in de inkeping van het systeem. 3. Druk de bovenplaat van de behuizing op zijn plaats totdat deze vastklikt. WAARSCHUWING: Het systeem wordt niet ingeschakeld zonder het zijpaneel. Bovendien wordt het systeem uitgeschakeld als het zijpaneel wordt verwijderd terwijl het systeem is ingeschakeld 4.
3. Verwijder het montagekader: a. Druk op de vergrendeling en wrik de lipjes omhoog om het montagekader los te maken van het systeem. b. Draai het montagekader naar voren en til het montagekader weg van het systeem.
Het montagekader aan de voorkant plaatsen 1. Houd het montagekader vast en zorg ervoor dat de haken op het kader in de inkepingen op het systeem vastklikken. 2. Draai het montagekader naar voren en druk op het montagekader totdat de lipjes vastklikken. 3. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Harde schijf-montagekader Het HDD-montagekader verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de zijplaat. 3. Het HDD-montagekader verwijderen: a.
Het HDD-montagekader plaatsen 1. Houd het montagekader vast en zorg ervoor dat de haken op het kader in de inkepingen op het systeem vastklikken. 2. Druk op de blauwe vergrendelknop op de linkerzijde van het ODD-compartiment om het montagekader aan het systeem te bevestigen. 3. Plaats de zijplaat. 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Harde-schijfeenheid De HDD-houder verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a.
b. HDD-montagekader 3. De HDD-houder verwijderen: a. Druk op de ontgrendelknop [1] om de vergrendeling [2] te ontgrendelen. b. Trek aan de vergrendeling om de houder uit de HDD-sleuf te trekken.
De HDD-houder plaatsen 1. Schuif de houder in de schijfhouder totdat deze op zijn plaats klikt. WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat de vergrendeling open is voordat u de houder plaatst. 2. Sluit de vergrendeling. 3. Plaats de volgende componenten: a. HDD-montagekader b. zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. De HDD verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder het volgende: a. zijplaat b.
c. HDD-drager 3. De 3,5 inch HDD verwijderen: a. Vouw de ene kant van de drager uit. b. Til de vaste schijf uit de drager. 4. De 2,5 inch HDD verwijderen: a. Vouw de twee kanten van de drager uit. b. Til de vaste schijf uit de drager.
De HDD plaatsen 1. Plaats de HDD in de slot op de HDD-beugel met het einde van de connector van de harde schijf naar de achterkant van de HDDdrager gericht. 2. Schuif de HDD-drager terug in de harde schijfbays. 3. Installeer het volgende: a. HDD-drager b. HDD-bezel c. zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. NVMe FlexBay De NVMe FlexBay verwijderen. 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a.
b. Trek aan de vergrendeling om de drager uit de HDD-slot te schuiven.
4. De SSD-houder uit de NVMe FlexBay verwijderen: a. Druk op de ontgrendelknop en schuif de M.2 SSD-houder uit de NVMe FlexBay. b. Trek de M.2 SSD-houder uit de NVMe FlexBay.
5. De SSD uit de SSD-houder verwijderen: a. Verwijder de schroeven aan weerszijden van de SSD. b. Verwijder de schroef aan de bovenkant van de SSD-houder.
c. Schuif de kap van de SSD naar de bovenkant van de houder. d. Schuif de SSD uit de M.2-slot op de houder.
De NVMe FlexBay plaatsen 1. De SSD in de houder plaatsen: a. Verwijder de lege dummy SSD uit de SSD-houder. b. Verwijder de tape van de SSD-houder.
c. Verwijder de tape van de kap van de SSD-houder. 2.
3. Plaats de twee schroeven aan de zijkant en de centrale schroef opnieuw. 4. Om de SSD-houder te plaatsen, schuift u de houder in de NVMe FlexBay tot deze vastklikt. 5. Schuif de houder in de schijfbays tot deze vastklikt. WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat de vergrendeling open is voordat u de houder plaatst. 6. Sluit de vergrendeling. 7. Plaats de volgende componenten: a. HDD-bezel b. zijplaat 8. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Dunne optische schijf De dunne ODD verwijderen 1.
b. Schuif de dunne ODD uit het systeem.
De dunne ODD plaatsen 1. Schuif de dunne ODD in de sleuf in het chassis. 2. Draai de schroef vast om de dunne ODD aan het chassis te bevestigen. 3. Plaats de zijplaat. 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. In- en uitvoerkader aan de voorkant In- en uitvoerkader aan de voorkant verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. zijplaat b. montagekader vooraan 3. Het in- en uitvoerkader aan de voorkant verwijderen: a.
b. Til het kader uit het chassis.
Het in- en uitvoermontagekader aan de voorkant plaatsen 1. Houd het in- en uitvoermontagekader (I/O) vast en zorg ervoor dat de haken op het kader in de inkepingen op het systeem vastklikken. 2. Druk op de vergrendelingen en bevestig ze aan het chassis. 3. Installeer: a. montagekader vooraan b. zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. 5,25 inch ODD-bracket De 5,25 ODD-bracket verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2.
b. Verwijder de vijf schroeven [1,2] waarmee de bracket aan het chassis vastzit.
c. Schuif de ODD-bracket naar de achterzijde van het systeem om deze uit het chassis te tillen.
Het 5,25 ODD-compartiment plaatsen 1. Plaats de ODD-bracket in de systeemsleuf. 2. Plaats de schroeven (6-32 x 6,0 mm). 3. Plaats het ODD-opvulstuk in de sleuf. 4. Plaats: a. montagekader vooraan b. zijplaat 5. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. In- en uitvoerpaneel aan de voorkant Het in- en uitvoerpaneel aan de voorkant verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d.
a. Ontkoppel de kabel van de intrusieschakelaar [1], de USB 3.1-kabel [2], de I/O-stroomkabel [3], de USB 3.1-kabel [4], de luidsprekerkabel [5] en de audiokabel [6] OPMERKING: Trek de connector niet los via de kabels. Koppel de kabel in plaats daarvan los door aan het einde van de connector te trekken. Als u aan de kabels trekt, kunnen ze losraken van de connector. b. Verwijder de schroef waarmee het voorste I/O-paneel aan het chassis vastzit.
c. Schuif het I/O-paneel uit het chassis.
In- en uitvoerpaneel aan de voorkant plaatsen 1. Steek het in- en uitvoerpaneel (I/O) in de daarvoor bestemde sleuf in het systeem. 2. Schuif het paneel om de haken vast te maken in het gat van het chassis. 3. Draai de schroef aan waarmee het I/O-voorpaneel aan het chassis wordt bevestigd. 4. Sluit de volgende kabels aan: ● ● ● ● ● ● ● kabel van intrusieschakelaar USB 3.1-kabel stroomkabel voorste I/O stroomkabel voorste I/O USB 3.1-kabel luidsprekerkabel geluidskabel 5. Plaats: a. b. c. d.
6. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. De bracket van het in- en uitvoerpaneel De bracket van het in- en uitvoerpaneel verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d. e. zijplaat montagekader vooraan in- en uitvoerkader aan de voorkant 5,25 inch ODD-bracket in- en uitvoerpaneel aan de voorkant 3. De bracket van het in- en uitvoerpaneel (I/O) verwijderen: a. Verwijder de twee schroeven. b.
De bracket van het in- en uitvoerpaneel plaatsen 1. Steek het in- en uitvoerpaneel (I/O) in de metalen bracket. 2. Plaats de schroeven terug om de bracket van het in- en uitvoerpaneel aan het I/O-paneel te bevestigen. 3. Plaats: a. b. c. d. e. in- en uitvoerpaneel aan de voorkant in- en uitvoerkader aan de voorkant 5,25 inch ODD-bracket montagekader vooraan zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
De VROC-module plaatsen Sluit de VROC-module met de schroef aan op de systeemkaart. Intrusieschakelaar De intrusieschakelaar verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. zijplaat b. montagekader vooraan c. 5,25 inch ODD-bracket 3. U verwijdert de intrusieschakelaar als volgt: a. Koppel de intrusiekabel [1] los van de I/O-module. b. Verwijder de schroef [2] waarmee de intrusieschakelaar aan het chassis is bevestigd. c.
De intrusieschakelaar plaatsen 1. Plaats de intrusieschakelaar in de sleuf in het chassis van het systeem. 2. Vervang de schroef en maak de schakelaar vast aan het chassis. 3. Sluit de kabel aan op het moederbord. 4. Plaats: a. 5,25 inch ODD-bracket b. montagekader vooraan c. zijplaat 5. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Interne chassisluidspreker De interne chassisluidspreker verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de: .
a. zijplaat b. montagekader vooraan c. 5,25 inch ODD-bracket 3. De interne chassisluidspreker verwijderen: a. Koppel de luidsprekerkabel [1] los van de voorste I/O-module. b. Druk de bevestigingslipjes [2] van de luidspreker in en trek hem vervolgens uit het systeem. c. Druk de luidspreker [3] voorzichtig met de bijbehorende kabel uit het systeem. De interne chassisluidspreker plaatsen 1.
Luchtkap De luchtkap verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de zijplaat 3. Verwijder de luchtkap: a. Houd de kap aan beide uiteinden vast, druk op de lipjes[1] en til de kap[2] uit het systeem. De luchtkap plaatsen 1. Plaats de kap in de juiste positie en zorg ervoor dat de lipjes in het systeem passen. 2. Lijn de kap uit met het vergrendellipje. 3. Druk de kap naar beneden totdat deze vastklikt. 4. Plaats de zijplaat. 5.
Geheugen De geheugenmodule verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder het volgende: a. zijplaat b. luchtkap 3. Druk op de vergrendellipjes aan elke zijde van de geheugenmodule. 4. Til de geheugenmodule uit de geheugensleuf op het moederbord. GEVAAR: De geheugenmodule kan beschadigd raken als u die uit de sleuf draait. Zorg ervoor dat u de geheugenmodule recht uit de geheugenmodulesleuf trekt. De geheugenmodule plaatsen 1.
c. Til de GPU uit de PCIe-sleuf op het moederbord.
De GPU plaatsen 1. Lijn de GPU uit en plaats die op de PCIe-sleuf op het moederbord. 2. Druk omlaag zodat hij goed in de sleuf zit. 3. Sluit de stroomkabel aan op de GPU. 4. Vergrendel beide blauwe lipjes op het opvulstuk naar voren om de GPU op het moederbord te bevestigen. 5. Plaats de zijplaat. 6. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Knoopbatterij De knoopbatterij verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a.
b. Til de knoopcelbatterij uit het moederbord. De knoopbatterij plaatsen 1. Plaats de knoopbatterij in de sleuf op het moederbord. 2. Druk op de knoopcelbatterij met de positieve kant (+) naar boven gericht totdat de ontgrendeling terugveert en hij vastzit op het moederbord. 3. Te plaatsen: a. graphical processing unit (GPU) b. zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Systeemventilator De systeemventilator verwijderen 1.
a. b. c. d. e. zijplaat luchtkap montagekader vooraan ODD-beugel van 5,25 inch graphical processing unit (GPU) 3. Verwijder de systeemventilator als volgt: a. Druk op de lip van de connector en koppel de twee ventilatorkabels los van de systeemkaart. OPMERKING: Trek de connector niet los via de kabels. Koppel de kabel in plaats daarvan los door aan het einde van de connector te trekken. Als u aan de kabels trekt, kunnen ze losraken van de connector. b.
De systeemventilator plaatsen 1. Lijn de systeemventilator uit met de bijbehorende sleuf op het moederbord en bevestig die met de 3 schroeven. 2. Sluit de ventilatorkabels aan op de sleuf op het moederbord. 3. Plaats: a. b. c. d. e. graphical processing unit (GPU) 5,25 ODD-bracket montagekader vooraan luchtkap zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Ventilatorbeugel De ventilator verwijderen uit de ventilatorbeugel 1.
b. Til de ventilator omhoog en verwijder hem uit de ventilatoreenheid [2]. De ventilator in de ventilatorbeugel plaatsen 1. Plaats de ventilator in de ventilatorbeugel. 2. Draai de dichtingsringen vast waarmee de ventilator aan de ventilatorbeugel is bevestigd. 3. Plaats: a. systeemventilator b. zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
PCIe-houder De PCIe-houder verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. zijplaat b. graphical processing unit (GPU) 3. De PCle-houder verwijderen: a. Koppel de twee stroomkabels los van de kabelsleuf in de PCIe-houder [1]. b. Druk op de bevestigingsklip van de PCle-houder en schuif de houder [2] uit het chassis. De PCIe-houder plaatsen 1. Lijn de PCIe-houder uit en plaats die in de systeemkast. 2.
a. graphical processing unit (GPU) b. zijplaat 5. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. Achterste systeemventilator De achterste systeemventilator verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. zijplaat b. processor heat sink module (warmteafleider van de processor) (PHM) 3. De achterste systeemventilator verwijderen: a. Koppel de twee kabels van de ventilator [1] los van het moederbord.
c. Verwijder de schroeven [1]. d. Druk op het lipje [2] om de ventilator van het systeem los te maken. e. Draai de ventilator naar voren en til deze uit het systeem.
De achterste systeemventilator plaatsen 1. Plaats de ventilator op één zijde om die uit te lijnen met het schroeflipje op de PSU-bracket. 2. Druk op de andere kant van de eenheid om die uit te lijnen met het schroeflipje op de PCI-bracket. 3. Draai de twee schroeven aan om de eenheid vast te maken aan het systeem. 4. Sluit de twee ventilatorkabels aan op de systeemkaart. 5. Plaats: a. processor heat sink module (warmteafleider van de processor) (PHM) b. zijplaat 6.
3. De voorste systeemventilator verwijderen: a. Maak de volgende kabels los van de kaarthouder [5]: ● ● ● ● SATA-kabel 0, 1 [1] SATA-kabel 2, 3, 4, 5 [2] ODD-kabel 0, 1 [3] USB 3.1-kabel [4] OPMERKING: Trek de connector niet los via de kabels. Koppel de kabel in plaats daarvan los door aan het einde van de connector te trekken. Als u aan de kabels trekt, kunnen ze losraken van de connector. b. Maak de ventilatorkabel [1] los van het moederbord. c.
De voorste systeemventilator plaatsen 1. Lijn de voorste systeemventilator uit met de bevestigingssleuf in het chassis. 2. Plaats de schroef terug waarmee de voorste systeemventilator aan het chassis vastzit. 3. Sluit de kabel van de ventilator aan op het moederbord. 4. Leid de volgende kabels door de kabelgeleider en sluit de kabels aan op het moederbord. ● ● ● ● SATA-kabel 2, 3, 4, 5 SATA-kabel 0, 1 ODD-kabel 0, 1 USB 3.1-kabel 5. Plaats: a. b. c. d.
Warmteafleider van processor De warmteafleidermodule van de processor verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. OPMERKING: Zorg ervoor dat u een Torx 30-schroevendraaier hebt om de warmteafleidermodule van de processor (PHM) te verwijderen. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. zijplaat b. luchtkap 3. Doe het volgende om de warmteafleider te verwijderen: a. Verwijder de vier schroeven van de warmteafleider [1] in de diagonale volgorde (4, 3, 2, 1). b.
De warmteafleidermodule van de processor plaatsen 1. Plaats de warmteafleider op de processorsleuf. 2. Plaats de vier schroeven in de diagonale volgorde (1, 2, 3, 4) om de warmteafleider aan het moederbord te bevestigen. 3. Plaats: a. luchtkap b. zijplaat 4. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. De CPU verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. zijplaat b. luchtkap c. koelplaat van processor 3.
d. Gebruik een torx-schroevendraaier om de processor uit de koelplaatmodule van de processor te halen. Plaats de schroevendraaier tussen de klem en de processor. OPMERKING: Een gewone schroevendraaier of een plastic pennetje kan ook worden gebruikt. e. Ontgrendel de processor uit de twee vergrendelingen op de processorhouder en til de processor voorzichtig uit de houder. OPMERKING: Zorg ervoor dat u de processor niet met uw vingers aanraakt.
De CPU plaatsen 1. Plaats de processorhouder zodat de gladde kant (de kant zonder logo) van de drager omhoog is gericht en de driehoek op de houder zich links aan de onderkant bevindt. 2. Lijn de processor uit met de houder zodat de driehoek aan de bovenkant van de processor is uitgelijnd met de driehoek op de houder.
3. Draai zowel de processor als de houder zodat de pinnen op de processor en de kant met het logo van de houder omhoog zijn gericht. 4. Plaats de processor voorzichtig in de houder zodat deze wordt vastgehouden door de haken aan de bovenste en onderste kant van de drager. OPMERKING: Nadat de processor in de houder is geplaatst, moet u controleren of de kleine driehoek op de processor is uitgelijnd met de driehoek op de houder. Herhaal de voorgaande stappen als ze niet zijn uitgelijnd. 5.
6. Plaats de processor en houder in de warmteafleider zodat de haken op de vier hoeken van de houder zijn vergrendeld in de openingen van de warmteafleider. OPMERKING: Nadat de processor en de houder in de warmteafleider zijn geplaatst, moet u nogmaals controleren of de driehoek op de houder zich aan de rechter onderkant van de warmteafleider bevindt (wanneer de onderkant van de warmteafleider omhoog is gericht). 7.
8. Plaats: a. warmteafleider b. luchtkap c. zijplaat 9. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt. De 2de processor en uitbreidingskaart verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de zijplaat. 3. De centrale verwerkingseenheid (CPU) verwijderen: a. De luchtkap verwijderen b. Draai de schroeven [1] los en verwijder de koelplaateenheid samen met de processor.
c. Koppel de voedingskabel los van het uitbreidingskaart d.
e. Til de uitbreidingskaart omhoog en verwijder deze uit de computer [2]. 4. De CPU0 en de koelplaateenheid verwijderen a.
b. Plaats de schroef waarmee de metalen beugel aan het chassis wordt bevestigd terug. c.
d. Draai de schroeven van de koelplaateenheid los van de systeemkaart e.
f. Til de CPU0 met de koelplaat omhoog om deze uit de computer te verwijderen 5. Verwijder de processor uit de koelplaateenheid a.
b. Wrik de bevestigingslipjes los om de processor los te maken van de koelplaateenheid De 2de processor en uitbreidingskaart plaatsen 1. De processor op de koelplaateenheid plaatsen: a. Breng thermische gel aan op de processor.
b. Plaats de processor terug op de koelplaateenheid c. Druk op de vergrendeling om de processor op de koelplaateenheid vast te zetten.
2. De CPU 0 en de koelplaateenheid plaatsen a. Plaats de CPU 0 voorgemonteerd met de koelplaateenheid op de systeemkaart. b.
c. Draai de koelplaatschroeven aan om de systeemkaart vast te zetten. d.
e. Leid de kabel van de harde schijf en het optische station door het metaalscheider. f. Plaats de schroef waarmee de metaalscheider aan het chassis wordt bevestigd terug.
g. Plaats de luchtkap terug voor de CPU 0 3. De CPU1 en de uitbreidingskaart installeren a. Plaats de uitbreidingskaart terug op de computer.
b. Druk de vergrendeling van de uitbreidingskaart aan en bevestig deze c. Sluit de voedingskabel aan op de uitbreidingskaart.
d. Installeer de vooraf gemonteerde koelplaateenheid met de CPU1 en draai de schroeven vast [1] e.
4. De zijplaat plaatsen 5. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt Moederbord Moederbord verwijderen 1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken. 2. Verwijder de volgende onderdelen: a. b. c. d. e. f. g. h. zijplaat luchtkap GPU geheugenmodule systeemventilator achterste systeemventilator PHM PCIe-kaarthouder 3. Verwijder het moederbord als volgt: a. Trek aan de bracket en verwijder deze [1] van het moederbord. b.
d.
e. Koppel de volgende kabels los: ● ● ● ● ● SATA-kabel 2, 3, 4, 5 [1] SATA-kabel 0, 1 [2] ODD-kabel 0, 1 [3] USB 3.1-kabel [4] Voorste systeemventilatorkabel [5] OPMERKING: Trek de connector niet los via de kabels. Koppel de kabel in plaats daarvan los door aan het einde van de connector te trekken. Als u aan de kabels trekt, kunnen ze losraken van de connector.
f. Verwijder de schroeven waarmee het moederbord aan het chassis vastzit.
g. Schuif het moederbord richting de HDD-beugelmodule om die los te maken van het systeem.
h. Til het moederbord omhoog en verwijder het uit het chassis.
Het moederbord plaatsen 1. Lijn het moederbord uit en plaats die in het chassis. 2. Schuif het moederbord naar de juiste positie. 3. Plaats de schroeven om het moederbord vast te maken aan het chassis. 4. Plaats de bracket van de systeemventilator en plaats de enkele schroef op het moederbord. 5. Sluit de volgende kabels aan: ● ● ● ● ● ● ● ● ● geluidskabel Voedingskabel stroomcontrolekabel 24-pinsstroomkabel I/O-voorpaneel SATA-kabels ODD-kabels USB 3.1-kabels Voorste systeemventilatorkabel 6. Plaats: a.
1. 6 PCI-sleuf 3. Geheugensleuven 5. Geheugensleuven 7. CPU-voedingspoort 9. HDD-ventilatorpoort 11. PCIE1 13. Netbesturingspoort 15. Processorventilator 0 17. Systeemventilator 1 19. Knoopbatterij 21. Voedingspoort 23. USB 2_INT 25. Systeemventilator 0 27. USB3.2-poort op voorpaneel 29. SATA 0, 1, 2, 3, 4, 5 en ODD 0, 1 poorten 2. PCI 3x16-sleuf 4. CPU0 6. Audioconnectorpoort op voorpaneel 8. 0-poort van achterste ventilator 10. 1-poort van achterste ventilator 12. PCIE0 14. Piezo-luidspreker 16.
4 Technologie en onderdelen In dit hoofdstuk worden de technologie en onderdelen beschreven die beschikbaar zijn in het systeem. Onderwerpen: • • • • Geheugenconfiguratie Lijst met technologieën MegaRAID 9440-8i- en 9460-16i-controller Teradici PCoIP Geheugenconfiguratie Dit onderdeel bevat informatie over de geheugenconfiguratie voor de Dell Precision Tower 7820 systemen.
De volgende tabel bevat de basistechnologieën die beschikbaar zijn op de Dell Precision7820 Tower systemen, enkel voor interne gebruikers van Dell. Tabel 2.
Tabel 2. Lijst met technologieën (vervolg) Aantal Categorie Technologie Browserpad ● Quadro RTX 5000/6000 ● GeForce RTX 2080 B 7 Storage SATA SAS Dell UltraSpeed Quad (PCIE M.2 Interposer) Dell UltraSpeed Duo (PCIE M.
Belangrijkste functies: ● Tri-Mode SerDes-technologie maakt het gebruik van NVMe-, SAS- of SATA-apparaten in een enkele schijfruimte mogelijk en biedt u zo eindeloze ontwerpflexibiliteit ● Ondersteunt 12, 6 en 3 GB/s SAS- en 6, 3 GB/s SATA-dataoverdrachtssnelheden ● Tot 8 PCIe-verbindingen.
Tabel 3. Functies van MegaRAID 9440-8i- en 9460-16i-controller (vervolg) Cachebescherming 9440-8i 9460-16i N.v.t.
● Werk de software bij terwijl u verbinding maakt met de host via een ander extern bureaublad-protocol zoals RDP of VNC. De PCoIP-hoststuurprogrammasoftware op een host-PC installeren: 1. Download de PCoIP-hoststuurprogrammasoftware van de Teradici-ondersteuningswebsite (klik op Current PCoIP Product and Releases (Huidig PCoIP-product en versies)). 2. Meld u aan bij de webinterface voor beheer van de host-kaart. 3.
externe voedingsverbinding met de labels 22 op het moederborddiagram: Zorg ervoor dat de voedingsbeheerkabel van de Teradici-kaart niet is aangesloten op de 2-pins Clear CMOS-jumpers (CMOS wissen) of Clear PSWD-jumpers (PSWD wissen).
Als de voedingsbeheerkabel op de Clear CMOS-jumper wordt aangesloten, wordt het BIOS opnieuw ingesteld bij het verzenden van een extern opstartverzoek naar de Teradici-kaart. Daarna moet u de tijd- en BIOS-instellingen opnieuw instellen. Als de voedingsbeheerkabel van de Teridici-kaart wordt aangesloten op de Clear PSWD-jumper, wordt het BIOS-wachtwoord gewist en moet een nieuw wachtwoord worden geconfigureerd.
5 Systeemspecificaties Onderwerpen: • • • • • • • • • • • • Systeemspecificaties Geheugenspecificaties Videospecificaties Audiospecificaties Netwerkspecificaties Kaartsleuven Opslagspecificaties Externe connectoren Voedingsspecificaties Fysieke specificaties Omgevingsspecificaties Matrix voor CPU-gebruik voor AEP DIMM Systeemspecificaties Functie Specificaties Processortype ● ● ● ● ● ● ● ● ● Cachetotaal Maximaal 38,5 MB Intel Xeon Platinum 81xx processors Intel Xeon Gold 51xx processors Intel Xeon G
Videospecificaties Functies Specificaties Grafische kaart ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● Radeon Pro WX 9100 NVIDIA Quadro GP100 NVIDIA Quadro P6000 NVIDIA Quadro P5000 Radeon Pro WX 7100 Radeon Pro WX 5100 Radeon Pro WX 4100 NVIDIA Quadro P4000 NVIDIA Quadro P2000 Radeon Pro WX 3100 Radeon Pro WX 2100 NVIDIA Quadro P1000 NVIDIA Quadro P600 NVIDIA Quadro P400 NVIDIA NVS 310 NVIDIA NVS 315 NVIDIA Quadro RTX 4000 NVIDIA Quadro RTX 5000/6000 NVIDIA GeForce RTX 2080 B Audiospecificaties Kenmerken Sp
Kenmerken Specificaties Sleuven ● ● ● ● ● 2 PCIe x 16 1 x PCIe x 16 bedraad als x8 1 x PCIe x 16 bedraad als x4 1 x PCIe x 16 bedraad als x1 1 PCI 32/33 Opslagspecificaties Kenmerken Specificaties Extern toegankelijk DVD-ROM, DVD+/-RW 5,25-inch compartimentopties: BD, DVD+/-RW Intern toegankelijk ● ● ● ● ● ● M.2 NVMe PCIe SSD's — maximaal 4 x 1 TB stations op 1 Dell Precision Ultra-Speed Drive Quad x16-kaarten Voorste FlexBay M.
Kenmerken Specificaties Diepte ● 518,3 mm Optioneel 19 inch rekbevestigingsrailkit Omgevingsspecificaties Temperatuur Specificaties Operationeel 5 °C tot 35 °C (41°F tot 95 °F) OPMERKING: * Beginnend op 5000 meter is de maximale omgevingstemperatuur aangeduid met 1 °C (1,8 °F) per 300 tot 3000 meter.
6 Systeeminstallatie Onderwerpen: • • • • • • • • • • • • • • • • • Algemene opties Systeemconfiguratie Video Beveiliging Secure Boot (Veilig opstarten) Performance Energiebeheer POST-gedrag Beheerbaarheid Virtualization Support (Ondersteuning virtualisatie) Maintenance (Onderhoud) System Logs (Systeemlogboeken) Advanced configurations (Geavanceerde configuraties) SupportAssist system resolution (Systeemresolutie SupportAssist) Het BIOS updaten in Windows MegaRAID-controlleropties Systeem- en installatiewa
Tabel 4. Algemeen (vervolg) Optie Beschrijving ● Legacy ● UEFI—standaard Advanced Boot Options Hiermee kunt u Legacy-optie ROM's inschakelen. De opties zijn: ● Enable Legacy Option ROMs (Legacy-opties ROM's inschakelen)—standaard ● Enable Attempt Legacy Boot (Verouderde optie voor ROM's inschakelen) UEFI Boot Path Security Hiermee kunt u bepalen of het systeem de gebruiker vraagt om het Beheerderswachtwoord wanneer naar een UEFI-opstartpad wordt opgestart.
Tabel 5. Systeemconfiguratie (vervolg) Optie Beschrijving 7820 Tower Hiermee kunt u de bewerkingsmodus van de geïntegreerde SATAhardeschijfcontroller configureren. Klik op een van de volgende opties: ● Disabled (uitgeschakeld) ● AHCI ● RAID On—standaard OPMERKING: SATA is geconfigureerd om de RAID-modus te ondersteunen. Drives 7820 Tower Hiermee kunt u de verschillende stations in- of uitschakelen.
Tabel 5. Systeemconfiguratie (vervolg) Optie Beschrijving ● Enable Rear USB Ports (USB-poorten aan achterzijde inschakelen) Alle opties zijn standaard ingesteld. Front USB Configuration Hiermee kunt u de voorste USB-poorten in-/uitschakelen. De opties zijn: ● USB3 Type A * ● USB-poort type C 2 (Rechts) * ● USB-poort type C 1 (Rechts) * Alle opties zijn standaard ingesteld. Rear USB Configuration Hiermee kunt u de achterste USB-poorten in-/uitschakelen.
Tabel 5. Systeemconfiguratie (vervolg) Optie Beschrijving ● Enable Audio (Audio inschakelen) Deze optie is standaard ingesteld. Memory Map IO above 4GB Hiermee kunt u in- of uitschakelen dat 64-bits geschikte PCIapparaten worden gedecodeerd in de bovengenoemde 4 GBadresruimte (alleen als het systeem 64-bits PCI-decodering ondersteunt). ● Memory Map IO above 4GB Deze optie is niet standaard ingeschakeld. HDD Fans Hiermee kunt u de ventilatoren voor de harde schijf beheren.
Tabel 6. Video Optie Beschrijving ● ● ● ● ● SLEUF 2 SLEUF 3 SLEUF 5 SLEUF 6 SLEUF7_CPU1 Beveiliging Tabel 7. Beveiliging Optie Beschrijving Beheerderswachtwoord Hiermee kunt u het beheerderswachtwoord (admin) instellen, wijzigen of wissen.
Tabel 7. Beveiliging (vervolg) Optie Beschrijving Password Bypass Als deze optie is ingesteld, kunt u tijdens het opnieuw opstarten van het systeem het System Password (Systeemwachtwoord (tijdens opstarten)) en het wachtwoord van de interne HDD omzeilen. Klik op één van de opties: ● Disabled (Uitgeschakeld)—standaard ● Reboot bypass (Opnieuw opstarten omzeilen) Password Change Hiermee kunt u het wachtwoord voor het systeem wijzigen wanneer het beheerderswachtwoord is ingesteld.
Tabel 7. Beveiliging (vervolg) Optie Beschrijving Admin Setup Lockout Hiermee kunt u voorkomen dat gebruikers de Setup openen wanneer er een beheerderswachtwoord is ingesteld. ● Enable Admin Setup Lockout (Blokkeren beheerder-setup inschakelen) Deze optie is niet standaard ingeschakeld. Master Password Lockout Hiermee kunt u ondersteuning voor het masterwachtwoord uitschakelen. ● Enable Master Password Lockout (Master Password Lockout inschakelen) Deze optie is niet standaard ingeschakeld.
Tabel 9. Performance (vervolg) Optie Beschrijving ● Hiermee wordt Intel SpeedStep ingeschakeld. Deze optie is standaard ingesteld. C-States Control Hiermee kunt u de aanvullende slaapstanden van de processor inof uitschakelen. ● C States (C-standen) Deze optie is standaard ingesteld. Cache Prefetch Hiermee kunt u de MLC streamer prefetcher en MLC spatial prefetcher aanzetten. De opties zijn: ● Hardware Prefetcher ● Adjacent Cache Prefetch Alle opties zijn standaard ingesteld.
Energiebeheer Tabel 10. Energiebeheer Optie Beschrijving AC Recovery Specificeert hoe de computer handelt nadat de netvoeding na een stroomstoring hersteld is. U kunt AC Recovery als volgt instellen: ● Power Off (Uitgeschakeld)—standaard ● Power On (Stroom aan) ● Last Power State (Laatste energiestand) Auto On Time Hiermee kunt u de tijd instellen waarop de computer automatisch moet worden ingeschakeld.
Tabel 11. POST-gedrag (vervolg) Optie Beschrijving Keyboard Errors Hiermee wordt aangegeven of toetsenbord gerelateerde fouten worden gerapporteerd tijdens het opstarten. Deze optie is standaard ingesteld. Extend BIOS POST Time Hiermee kunt u extra vertraging vóór het opstarten instellen en POST-statusmeldingen zien.
Virtualization Support (Ondersteuning virtualisatie) Tabel 13. Virtualization Support (Ondersteuning voor virtualisatie) Optie Beschrijving Virtualization Deze optie geeft aan of een Virtual Machine Monitor (VMM) gebruik kan maken van de aanvullende hardwaremogelijkheden die door de Intel Vitalization Technology worden geleverd. ● Enable Intel Virtualization Technology (Schakel Intel Virtualization Technology in) Deze optie is standaard ingesteld.
System Logs (Systeemlogboeken) Tabel 15. Systeemlogboeken Optie Beschrijving BIOS events Toont het logboek voor systeemgebeurtenissen; hiermee kunt u het logboek wissen. ● Logboek wissen Deze optie is niet standaard ingeschakeld. Advanced configurations (Geavanceerde configuraties) Tabel 16. Advanced configurations (Geavanceerde configuraties) Optie Beschrijving Pcie LinkSpeed Hiermee kunt u de Pcie linkspeed kiezen.
OPMERKING: Kies de juiste categorie om de productpagina te openen. 5. Selecteer uw computermodel en de pagina Product Support van uw computer verschijnt. 6. Klik op Drivers ophalen en klik op Drivers en downloads. Het gedeelte met de drivers en downloads verschijnt. 7. Klik op Find it myself. 8. Klik op BIOS om de BIOS-versies weer te geven. 9. Bepaal het nieuwste BIOS-bestand en klik op Downloaden. 10.
Afbeelding 1. DOS-BIOS Update-scherm Het Dell BIOS bijwerken in Linux en Ubuntu-omgevingen Zie https://www.dell.com/support/article/sln171755/ als u het systeem-BIOS wilt bijwerken in een Linux-omgeving zoals Ubuntu. Het flashen van het BIOS vanuit het eenmalige F12-opstartmenu Uw systeem-BIOS bijwerken door gebruik te maken van een BIOS-update .exe-bestand gekopieerd naar een FAT32 USB-stick en door op te starten vanuit het eenmalige F12-opstartmenu.
3. Het Bios flashmenu wordt geopend. Klik op Flash from file (Flashen uit bestand). 4.
5. Nadat het bestand is geselecteerd, dubbelklikt u op het doelbestandvoor flashen en drukt u op verzenden. 6. Klik op Update BIOS (BIOS updaten). Het systeem wordt opnieuw opgestart om het BIOS te flashen.
7. Zodra het proces is voltooid, wordt het systeem opnieuw opgestart en het BIOS-updateproces afgerond. MegaRAID-controlleropties Druk tijdens het opstarten op + wanneer dit wordt gevraagd op het BIOS-scherm om het BIOS-configuratieprogramma te openen. Tabel 18. MegaRAID-configuratiehulpprogramma Optie Omschrijving VD Mgmt (Virtual Device Management) Deze optie wordt gebruikt om de bestaande configuratie te importeren naar de RAID-controller of de bestaande configuratie te wissen.
Tabel 18. MegaRAID-configuratiehulpprogramma (vervolg) Optie Omschrijving Ctrl Mgmt (Control Management) In dit venster kunt u de instellingen voor de controlleropties wijzigen, waaronder controller-BIOS inschakelen, BIOS stoppen bij fout inschakelen en andere opties. Hiermee kunt u ook een opstartbare virtuele schijf selecteren en de standaardinstellingen van de controller herstellen.
Een bestaand systeeminstallatiewachtwoord verwijderen of wijzigen Zorg ervoor dat Wachtwoordstatus in de systeeminstallatie is ontgrendeld voordat u het bestaande wachtwoord voor het systeem en de installatie verwijdert of wijzigt. U kunt geen van beide wachtwoorden verwijderen of wijzigen als Wachtwoordstatus vergrendeld is. Druk na het aanzetten of opnieuw opstarten van de computer onmiddellijk op F2 om naar de systeeminstallatie te gaan. 1.
7 Software In dit hoofdstuk worden de ondersteunde besturingssystemen beschreven. Bovendien vindt u hier instructies voor de installatie van stuurprogramma's. Onderwerpen: • • • • • • • • • • Ondersteunde besturingssystemen Stuurprogramma's downloaden Stuurprogramma's voor chipsets Grafische controller-stuurprogramma Aansluitingen USB-stuurprogramma's Netwerkstuurprogramma Audiostuurprogramma’s Opslagcontrollerstuurprogramma's Andere stuurprogramma's Ondersteunde besturingssystemen Tabel 20.
Stuurprogramma's voor chipsets Controleer of de Intel chipset- en Intel Management Engine Interface-stuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd. Grafische controller-stuurprogramma Controleer of het grafische controller-stuurprogramma reeds op de computer is geïnstalleerd. Aansluitingen Controleer of de stuurprogramma's voor de poorten reeds op de computer zijn geïnstalleerd.
USB-stuurprogramma's Controleer of de USB-stuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd. Netwerkstuurprogramma Het stuurprogramma wordt gelabeld als Intel I219-LM Ethernet-stuurprogramma. Audiostuurprogramma’s Controleer of de audiostuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd. Opslagcontrollerstuurprogramma's Controleer of de opslagcontrollerstuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd.
Beveiligingsapparaatstuurprogramma's Controleer of de beveiligingsapparaatstuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd. Softwareapparaatstuurprogramma's Controleer of de softwareapparaatstuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd. Human Interface-apparaatstuurprogramma's Controleer of de human interface-apparaatstuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd. Firmware Controleer of de Firmwarestuurprogramma's reeds op de computer zijn geïnstalleerd.
8 Problemen oplossen In de volgende sectie worden algemene stappen voor probleemoplossing beschreven, die kunnen worden uitgevoerd om bepaalde problemen op uw computer op te lossen. Onderwerpen: • • • Dell Enhanced Pre-Boot System Assesment-diagnose (ePSA) 3.0 Codes van lampjes voor harde schijf Knipperende aan/uit-knopcodes voorafgaand aan opstarten Dell Enhanced Pre-Boot System Assesment-diagnose (ePSA) 3.
Lampjes voor harde schijf OPMERKING: De ledstatuslampjes of -activiteitenlampjes werken alleen met een backplane met de houders die hieronder worden weergegeven. Afbeelding 2. Lampjes voor harde schijf 1. activiteitenlampje voor harde schijf 2. statuslampje voor harde schijf 3. harde schijf OPMERKING: Als de harde schijf in de modus Advanced Host Controller Interface (AHCI) staat, gaat het statuslampje niet aan.
Tabel 21. Codes van lampjes voor harde schijf Code van statuslampje voor harde schijf Situatie Knippert twee keer per seconde groen Identificeren van de schijf of voorbereiden voor verwijderen. Off (Uit) Schijf gereed voor verwijdering. OPMERKING: Statuslampje van de schijf blijft uit totdat alle schijven geïnitialiseerd zijn nadat het systeem is ingeschakeld. Schijven zijn niet klaar voor verwijdering tijdens deze periode. Knippert groen, oranje en gaat vervolgens uit Voorspelde fout in schijf.
Tabel 23. Diagnostische indicatortabel (vervolg) Voedingslampje: knipperend oranje/wit Knipperend oranje/wit patroon Omschrijving probleem 1-3 1 keer oranje knipperen gevolgd Slechte systeemkaart, geheugen ● U kunt helpen met het door een korte pauze, 3 keer wit of slechte processor vaststellen van het probleem knipperen, lange pauze, daarna door het geheugen opnieuw herhaald te plaatsen en het huidige geheugen te wisselen met een goed werkende geheugenmodule, indien beschikbaar.
Tabel 23. Diagnostische indicatortabel (vervolg) Voedingslampje: knipperend oranje/wit Knipperend oranje/wit patroon Omschrijving probleem Mogelijke oplossing om te achterhalen welke kaart defect is en door de geheugenmodules te wisselen voor een goed werkende geheugenmodule, indien beschikbaar.
Tabel 23. Diagnostische indicatortabel (vervolg) Voedingslampje: knipperend oranje/wit Knipperend oranje/wit patroon Omschrijving probleem Mogelijke oplossing ● U kunt helpen met het vaststellen van het probleem door een PCI-kaart opnieuw te plaatsen en de kaarten een voor een te vervangen om te achterhalen welke kaart defect is. ● Neem contact op met de technische support.
Tabel 23. Diagnostische indicatortabel (vervolg) Voedingslampje: knipperend oranje/wit Knipperend oranje/wit patroon 4-7 4 keer oranje knipperen gevolgd Zijpaneel van het systeem door een korte pauze, 7 keer wit ontbreekt. knipperen, lange pauze, daarna herhaald 132 Problemen oplossen Omschrijving probleem Mogelijke oplossing ● Het zijpaneel van het systeem (links of rechts) ontbreekt. ● Ontkoppel de voeding en plaats alle zijpanelen op het chassis. Koppel de voeding vervolgens weer aan.
9 Contact opnemen met Dell OPMERKING: als u geen actieve internetverbinding hebt, kunt u contactgegevens ook vinden op uw factuur, pakbon, rekening of productcatalogus van Dell. Dell biedt diverse online en telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De beschikbaarheid verschilt per land en product en sommige services zijn mogelijk niet beschikbaar in uw regio. Wanneer u met Dell contact wilt opnemen voor vragen over de verkoop, technische ondersteuning of de klantenservice: 1. Ga naar Dell.