Owners Manual
Table Of Contents
- In de computer werken
- Demonteren en hermonteren
- Aanbevolen hulpmiddelen
- Lijst van schroeven
- Belangrijke componenten van uw systeem
- Zijpaneel
- Behuizing voedingseenheid
- Montagekader
- Geheugenmodules
- SSD
- 2,5-inch harde schijf
- 3,5-inch harde schijf
- WLAN-kaart
- Dun optisch station
- Grafische kaart
- Systeemventilator
- Knoopbatterij
- Processorventilator en warmteafleider
- Processor
- Aan-uitknop
- Intrusieschakelaar
- I/O-voorpaneel
- Systeemkaart
- Drivers en downloads
- Systeeminstallatie
- Problemen oplossen
- Hulp verkrijgen en contact opnemen met Dell
Stappen
1. Schuif de achterste I/O-poorten op de systeemkaart in de achterste I/O-slots op het chassis.
2. Lijn de schroefgaatjes in het moederbord uit met de gaatjes in het chassis.
3. Plaats de acht schroeven (#6-32) terug waarmee de systeemkaart aan het chassis wordt bevestigd.
4. Leid alle kabels en sluit ze aan op de connectoren op de systeemkaart.
Vervolgstappen
1. Plaats de processor.
2. Plaats de processorventilator en koelplaat.
3. Plaats de knoopcelbatterij.
4. Plaats de grafische kaart.
5. Plaats de /M.2 2280 SSD.
6. Plaats de WLAN.
7. Plaats de geheugenmodule.
8. De PSU-behuizing sluiten
9. Plaats het montagekader.
10. Plaats de zijplaat.
11. Volg de procedure in Nadat u in de computer hebt gewerkt.
OPMERKING:
De servicetag van uw computer bevindt zich op de systeemkaart. U moet de servicetag invoeren in het BIOS-
installatieprogramma als u de systeemkaart hebt teruggeplaatst.
OPMERKING: Wanneer de systeemkaart wordt vervangen, worden alle wijzigingen die u hebt aangebracht in het BIOS met
behulp van het BIOS Setup-programma ongedaan gemaakt. U moet de gewenste wijzigingen nogmaals aanbrengen nadat u de
systeemkaart hebt vervangen.
48 Demonteren en hermonteren