Users Guide
Table Of Contents
- Dell Edge Gateway 3001 Installatie- en bedieningshandleiding
- Overzicht
- Systeemaanzichten
- Uw Edge Gateway installeren
- Informatie over veiligheid en regelgeving
- Het instellen van uw Edge Gateway
- Uw mobiele breedband-service activeren
- Montage van uw Edge Gateway
- De Edge Gateway monteren met behulp van de standaardbevestigingsbeugel
- De Edge Gateway monteren met de bevestigingsbeugel voor snelle montage
- Aansluiten van de kabelgoten aan de standaardbevestigingsbeugel
- De Edge Gateway monteren op een DIN-rail met behulp van de beugel voor de DIN-rail
- De Edge Gateway met behulp van de loodrechte montagebeugel monteren
- Montage van de Edge Gateway met behulp van een VESA-montagebeugel
- De ZigBee-dongle instellen
- Het besturingssysteem instellen
- Windows 10 IoT Enterprise LTSB 2016
- Ubuntu Core 16
- Overzicht
- Opstarten en inloggen – Externe systeemconfiguratie
- Het besturingssysteem en applicaties bijwerken
- Extra Ubuntu-opdrachten
- Ubuntu Network Manager
- Seriële poorten
- Minicom
- GPIO
- Beveiliging
- Watchdog Timer (WDT)
- Cloud-LED aan/uit
- GPS (Global Positioning System)
- Snappy auto update/autopilot
- Toegang tot Snappy Store/Snapweb
- Sensoren
- Ontstekingspen
- Energiebeheer van het systeem
- Ubuntu Core 16 herstellen
- Een nieuwe installatiekopie van het besturingssysteem flashen
- Ubuntu Server
- Overzicht
- Aanmelding bij de Edge Gateway via ethernet-poort 1
- De daemon Dynamic Host Configuration Protocol (DHCP) installeren of configureren
- Informatie over Ubuntu Server-stuurprogramma's
- Firmware-beheer op de Ubuntu server
- Watchdog Timer (WDT) configureren
- Trusted Platform Module (TPM)
- Cloud-LED aan/uit
- Advanced Linux Sound Architecture (ALSA)
- Global Positioning Systems (GPS)
- Seriële poorten
- GPIO
- Sensoren
- Ontstekingspin
- Energiebeheer van het systeem
- Ubuntu Network Manager
- Ubuntu Server herstellen
- Het USB-flashstation voor herstel aanmaken voor het besturingssysteem
- Toegang en het bijwerken van BIOS
- Gebruikstips
- Bijlage
- Contact opnemen met Dell
Uw Edge Gateway installeren
GEVAAR: Voordat u aan een van de procedures in deze sectie begint, dient u de instructies voor de veiligheid en
regelgeving te lezen die bij het systeem zijn geleverd. Zie www.dell.com/regulatory_compliance voor meer informatie
over beste praktijken.
Informatie over veiligheid en regelgeving
GEVAAR: De Edge Gateway moet worden geïnstalleerd door erkende en deskundige personen die bekend zijn met lokale
en/of internationale elektrische codes en voorschriften.
GEVAAR: De Edge Gateway is niet geschikt voor gebruik in vochtige omgevingen. Als de Edge Gateway wordt
geïnstalleerd in een vochtige omgeving, moet deze, afhankelijk van de locatie en het milieu, worden geïnstalleerd in
een paneeldoos of behuizing met een Ingress Protection (IP)-classificering van IP54, IP65 of hoger.
GEVAAR: Om het risico op elektrische schokken te voorkomen, moet de stroomtoevoer naar aansluitingen voor DC+ en
DC- worden geleverd door een voedingsbron of transformator/gelijkrichtercircuit met dubbele isolatie. De voeding of
voedingscircuitbron moet voldoen aan de plaatselijke geldende voorschriften en regelgeving; bijvoorbeeld in de VS geldt
NEC-klasse 2 (SELV/beperkt energiecircuit of LPS-circuit). Als de Edge Gateway wordt gevoed door een batterij, is
dubbele isolatie niet vereist.
GEVAAR: Als u de Edge Gateway installeert, gebruikt de verantwoordelijke partij of integrator de voedingsbron 12-57
VDC of de Power over Ethernet (PoE)-voedingsbron 37-57 VDC, met een minimum van 13 W voeding die al aanwezig is
als onderdeel van de installatie van de client.
GEVAAR: Zorg ervoor dat de stroombron die stroom levert aan de Edge Gateway goed is geaard en zo is gefilterd dat de
peak-to-peak-ripplecomponent minder is dan 10 procent van het invoervoltage van de gelijkstroom.
GEVAAR: Gebruik bij het installeren van de Edge Gateway 3001 en 3002 een kabel die geschikt is voor de
stroombelasting: minimaal een 3-aderige kabel van 5 A bij 90 °C (194 °F) die voldoet aan norm IEC 60227 of aan
norm IEC 60245. Het systeem accepteert kabels van 0,8 mm tot 2 mm. De maximale bedrijfstemperatuur van de Edge
Gateway is 70 ⁰C (158°F). Overschrijd deze maximale temperatuur niet tijdens de bediening van de Edge Gateway in een
behuizing. Interne verwarming van de Edge Gateway-elektronica, andere elektronica en onvoldoende ventilatie binnen
een behuizing, kan ertoe leiden dat de bedrijfstemperatuur van de Edge Gateway hoger is dan de buitentemperatuur.
Continue werking van de Edge Gateway bij temperaturen hoger dan 70 ⁰C (158°F) kan leiden tot een verhoogd
uitvalspercentage en een kortere levensduur van het product. Zorg ervoor dat de maximale bedrijfstemperatuur van
de Edge Gateway in een behuizing maximaal 70 ⁰C (158°F) is.
GEVAAR: Zorg er altijd voor dat de beschikbare stroombron overeenkomt met het vereiste ingangsvermogen van
de Edge Gateway Controleer de markeringen voor het ingangsvermogen naast de stroomconnector(s) voordat u
verbindingen maakt. De voedingsbron van 12-57 VDC (1,08-0,23 A) of de PoE-voedingsbron moet compatibel zijn met de
plaatselijk geldende voorschriften en regels.
GEVAAR: Om ervoor te zorgen dat de bescherming door de Dell Edge Gateway niet wordt aangetast, gebruikt of
installeert u het systeem niet op een andere manier dan gespecificeerd in deze handleiding.
GEVAAR: Als er een batterij is meegeleverd als onderdeel van het systeem of netwerk, moet de batterij worden
geïnstalleerd met de geschikte behuizing in overeenstemming met de lokale voorschriften en regelgeving rond brand
en elektriciteit.
GEVAAR: Het systeem is bedoeld voor installatie in een geschikte industriële behuizing (die bescherming biedt tegen
gevaren op het gebied van elektriciteit, mechanica en brand).
3
Uw Edge Gateway installeren 13