Users Guide

Tabel 1. Indicatiecodes batterijstatus (vervolg)
Redelijk - De batterij kan normaal opladen, hoewel de batterij bijna
leeg is. Het wordt aanbevolen binnenkort een nieuwe batterij te
kopen.
Slecht - De batterij biedt niet langer voldoende energie. Het wordt
aanbevolen deze batterij te vervangen.
De batterij werkt niet meer of de batterijstatus kan niet worden
vastgesteld. Het wordt aanbevolen de batterij te vervangen.
OPMERKING: De batterijstatus is alleen beschikbaar als er Dell batterijen op uw systeem zijn aangesloten.
Batterij-instellingen
Dell Command | Power Manager biedt gebruikers de mogelijkheid om een batterij-instelling te selecteren die is geoptimaliseerd voor de
specifieke gebruikspatronen van het systeem. Sommige instellingen zijn bijvoorbeeld gericht op het verlengen van de batterijduur, terwijl
andere instellingen zijn toegespitst op snel opladen.
OPMERKING: De batterij-instellingen kunnen alleen worden gewijzigd als er Dell batterijen zijn aangesloten op uw systeem.
Welke instellingen beschikbaar zijn, is afhankelijk van de batterij. De mogelijke batterij-instellingen zijn:
Standaard — Uw batterij wordt volledig opgeladen met de gematigde snelheid. Deze instelling biedt een evenwichtige benadering
voor het verlengen van de batterijduur bij een redelijk snelle oplaadtijd. Aanbevolen voor gebruikers die vaak schakelen tussen de
batterijvoeding en externe voedingsbronnen.
ExpressCharge
- Laadt uw batterij snel op met behulp van de snellaadtechnologie van Dell. Aanbevolen voor gebruikers die graag
snel hun batterij opladen. Als het systeem wordt uitgeschakeld, wordt de batterij normaal gesproken binnen één uur tot 80 procent en
binnen twee uur tot 100 procent opgeladen. Het opladen kan langer duren als het systeem is ingeschakeld.
OPMERKING: De instelling ExpressCharge kan ervoor zorgen dat de batterijstatus sneller verslechtert dan bij andere instellingen.
Voornamelijk netstroomgebruik — Verlengt de levensduur van de batterij door de oplaaddrempel te verlagen, zodat de batterij
nooit tot 100 procent oplaadt. Aanbevolen voor gebruikers die het systeem hoofdzakelijk gebruiken als het is aangesloten op een
externe voedingsbron.
Adaptief — Optimaliseert automatisch de batterij-instellingen op basis van gebruikspatronen. Aanbevolen voor gebruikers die iets één
keer willen instellen en er daarna geen omkijk meer naar willen hebben.
Aangepast — De gebruiker selecteert wanneer de batterij begint en stopt met opladen. Aanbevolen voor ervaren gebruikers.
Een batterij-instelling selecteren
1. Klik op de pagina Batterijgegevens op de batterij die u wilt wijzigen (bijvoorbeeld Batterij #1 of Batterij # 2).
OPMERKING:
Als Geavanceerd opladen is ingeschakeld, kunt u de batterij-instellingen alleen wijzigen via het scherm
Geavanceerd opladen.
2. Klik op Instellingen.
3. Selecteer een vooraf geconfigureerde batterij-instelling of selecteer Aangepast om uw eigen instellingen te definiëren.
OPMERKING: Welke instellingen beschikbaar zijn, is afhankelijk van de batterij.
4. Klik op OK om uw wijzigingen op te slaan of klik op ANNULEREN om ze te verwijderen.
Een aangepaste batterij-instelling maken
De Aangepaste batterij-instelling stelt gebruikers ertoe in staat te definiëren wanneer een batterij begint en stopt met opladen. Deze
instelling wordt aanbevolen voor geavanceerde gebruikers die bekend zijn met de oplaadcycli van batterijen.
Batterijgegevens
7