Users Guide

hoofdinteressegebieden. U kunt deze scripts gebruiken voor het controleren van inventaris, BIOS-
instellingen en systeemstatus.
OPMERKING: Bij de standaardinstallatie wordt geen SNMP-ondersteuning ingeschakeld. Zie de
installatiehandleiding voor Dell Command | Monitor op dell.com/dellclientcommandsuitemanuals
voor meer informatie over het inschakelen van SNMP-ondersteuning.
Dell Command | Monitor -architectuur
Dell Command | Monitor -gegevensprovider verzamelt gegevens over de clientsystemen en slaat deze op
in de eigen XML-indeling. De gegevensbeheerder is een service die deze providers op verzoek laadt. Dell
Command | Monitor CIM-providerlaag excerpeert de interface voor verschillende CIMOM-
implementaties. De invoer is een combinatie van XML- en XLS-gegevens (Extensible Stylesheet Language)
in propriëtaire vorm en de uitvoer is een CIM-objectinstance gebaseerd op beheerprofielen. De WSMAN
die als het kanaalprotocol dient, vraagt de gegevens op bij CIMOM en verstuurt ze naar de console.
De Dell Command | Monitor -architectuur heeft verschillende lagen die zijn geïntegreerd met de
Microsoft WMI-stapel (Windows Management Instrumentation):
Toepassingslaag WMI - bestaat uit beheertoepassingen, op normen gebaseerde
beheerhulpprogramma's en WMI-toepassingen als Microsoft SMS, LANDesk en WMI Tools. De
toepassingen in deze laag consumeren de systeembeheergegevens die worden geleverd door Dell
Command | Monitor. Deze toepassingen vragen clientgegevens en verzenden waarschuwingen via
WSMAN/CIM Object Manager (CIMOM).
WMI CIM Provider - Is beschikbaar onder CIMOM en bevat twee CIM-providers, die zijn geregistreerd
bij het CIMOM:
De instance- of methodeprovider implementeert een interface die hulpprogrammabewerkingen
mogelijk maakt, zoals maken, verwijderen, wijzigen en query uitvoeren.
De indicatieprovider implementeert een interface voor WMI-indicaties (gebeurtenissen).
Wanneer de CIMOM een verzoek om informatie ontvangt, routeert het dit verzoek naar de
toepasselijke provider. Alle providers bestaan in deze laag en ze bieden informatie over
systeemapparaten. De providers sturen verzoeken van beheertoepassingen van de CIMOM naar de
gegevensrouter.
Gegevensbeheerder - Laadt gegevensprovider op basis van verzoek vanuit de bovenste laag.
Gegevensprovider - Verzamelt systeeminformatie als gegevens over hardware, stuurprogramma's en
besturingssysteem en slaat deze op in de propriëtaire XML-indeling.
De Dell Command | Monitor -architectuur heeft verschillende extra lagen die zijn geïntegreerd in de
SNMP-stack:
SNMP-agent - Geeft de gegevens die van de gegevensbeheerder worden ontvangen weer als SNMP-
tabellen en traps.
MIB - In de MIB-bestanden worden gegevens opgeslagen over SNMP-tabellen, de bijbehorende
kenmerken en de beschikbare traps.
Een beheerconsole in de WMI-toepassingslaag vraagt bijvoorbeeld om de beschikbare
processorgegevens op een clientsysteem. De WMI-toepassingslaag doet het verzoek via het netwerk aan
de CIMON op het clientsysteem. De CIMOM geeft het verzoek door aan de Dell Command | Monitor
CIM-provider en gegevensbeheerder. De gegevensbeheerder laadt de overeenkomstige
gegevensprovider, die de informatie ontvangt en deze in een propriëtaire indeling opslaat. De informatie
wordt dan geretourneerd (via hetzelfde pad, maar dan omgekeerd) aan de beheerconsole.
6