Dell Command | Configure Gebruikshandleiding versie 3.1.
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer. WAARSCHUWING: EEN WAARSCHUWING duidt potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en vertelt u hoe het probleem kan worden vermeden. GEVAAR: Een GEVAAR-KENNISGEVING duidt op een risico op schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden. © 2009 - 2016 Dell Inc. Alle rechten voorbehouden.
Inhoudsopgave 1 Inleiding.................................................................................................................. 5 Nieuw in deze versie..............................................................................................................................5 Ondersteunde systemen en besturingssystemen................................................................................6 Andere documenten die u misschien nodig heeft....................................................
3 Problemen oplossen.......................................................................................... 24 Het uitvoeren van Dell Command | Configure veroorzaakt foutberichten......................................24 Het uitvoeren van Dell Command | Configure op 32-bits en 64-bits systemen............................. 24 Het uitvoeren van Dell Command | Configure in Windows Vista, Windows 7, Windows 8, Windows 8.1 of Windows 10 wanneer gebruikersaccountbeheer is ingeschakeld.........................
Inleiding 1 Dell Command | Configure is een gebundeld softwareproduct dat configuratiemogelijkheden biedt voor zakelijke clientsystemen. U kunt de clientsystemen configureren met behulp van een grafische gebruikersinterface (GUI) of een opdrachtregelinterface (CLI). Voor meer informatie over CLI raadpleegt u deDell Command | Configure Naslaggids van de CLI op Dell.com/DellClientCommandSuiteManuals.
• Het configureren van het touchscreen. Zie de optie --touchscreen. • Het configureren van het hash-algoritme dat wordt gebruikt voor TPM 2.0-metingen. Zie de optie -tpmhashalgo. • Het configureren van BIOS-updates via UEFI-capsule updatepakketten. Zie de optie --ueficapsule. • Het configureren van het systeem om uit de slaapstand te komen wanneer een dockingverbinding wordt gemaakt. Zie de optie --wakeondock.
a. Ga naar Dell.com/Support/Home. b. Klik onder Selecteer een product op Software & beveiliging. c. Klik in het groepsvak Software en beveiliging op de vereiste link voor het volgende: – Enterprise Systems Management – Remote Enterprise Systems Management – Serviceability Tools – Dell Client Command-suite – Connections Client Systems Management d. • Klik op de benodigde productversie als u een document wilt weergeven.
Dell Command | Configure grafische gebruikersinterface 2 De grafische gebruikersinterface van Dell Command | Configure (Dell Command | Configure GUI) geeft alle BIOS-configuraties weer die worden ondersteund door Dell Command | Configure . U kunt met de Dell Command | Configure -GUI het volgende doen: • Een BIOS-configuratie maken voor clientsystemen. Zie Een BIOS-pakket maken met de GUI voor meer informatie. • De BIOS-configuratie valideren tegen de BIOS-configuratie van het hostsysteem.
Bestanden/mappen Beschrijving Dell Command | Configure WINPE Dit geeft u toegang tot de Windows PE-scripts voor het maken van een opstartbare image. Zie de Dell Command | Configure installatiehandleiding op dell.com/dellclientcommandsuitemanuals voor meer informatie. Online gebruikershandleiding Biedt toegang tot de Dell Command | Configure -documentatie die beschikbaar is op dell.com/dellclientcommandsuitemanuals.
5. Selecteer de gewenste exportoptie om de bewerkte opties te exporteren. Zie De BIOS-configuratie exporteren voor meer informatie. OPMERKING: Als u een optie niet wilt exporteren, dient u het selectievakje Instellingen toepassen uit te schakelen.
Opties Beschrijving Valideren Klik hierop om de geladen configuratie te valideren tegen de BIOS-configuratie van het hostsysteem. Zie Validatie BIOS-opties voor meer informatie. Zoeken Zoek een tekst in de tabel. Typ de tekst in het zoekvak en het eerste exemplaar van de tekst in de tabel wordt gemarkeerd. Categorie klik hierop om de gewenste categorieën in de vervolgkeuzelijst te selecteren. OPMERKING: U kunt deze optie alleen in de Basisweergave weergeven. Geeft de naam van de opties weer.
OPMERKING: Het setupwachtwoord en het systeemwachtwoord moeten uit minimal vier tekens bestaan. 2. Typ hetzelfde wachtwoord in het tekstvak Wachtwoord bevestigen ter bevestiging. Als de wachtwoorden overeenkomen, wordt een groen vinkje weergegeven naast het tekstvak Wachtwoord bevestigen. Zo niet, dan wordt een rode X weergegeven. 3. Klik op VERZENDEN. 4. U past de wijzigingen toe door de configuratie in .ini- of .exe-indeling te exporteren. Zie De BIOSconfiguratie exporteren.
3. Klik in de optierij autoon op Weergeven/Wijzigen in de kolom In te stellen waarde. Het venster voor automatisch aan wordt weergegeven. 4. Selecteer een van de volgende opties in het venster Automatisch aan: • Uitgeschakeld - Hiermee schakelt u de functie uit. • Werkdagen - Hiermee zorgt u ervoor dat het doelsysteem alleen op werkdagen automatisch wordt aangezet. • Elke dag - Hiermee zorgt u ervoor dat het doelsysteem automatisch elke dag wordt ingeschakeld. • 5. 6.
Het venster Opstartvolgorde De volgende tabel bevat de opties die beschikbaar zijn in het venster Dell Command | Configure Opstartvolgorde. Tabel 3. Opties in het venster opstartvolgorde Opties Beschrijving Apparaattype Geeft het type apparaat weer. Apparaatinstant Geeft een uniek nummer weer dat het apparaat op het systeem identificeert. ie Korte vorm Geeft de korte vorm van de apparaatnaam weer.
• Als het type opstartvolgorde niet is opgegeven en het geladen configuratiebestand alleen hdd-items bevat, dan vraagt het systeem de gebruiker een type opstartvolgorde te selecteren. • Als het type opstartvolgorde niet is gespecificeerd voor een legacysysteem en als zowel UEFI- als legacy-apparaten aanwezig zijn, geeft het systeem een waarschuwingsbericht weer en verwijdert het de legacy- of UEFI-apparaten, al naar gelang de volgorde waarin het apparaat voorkomt.
U configureert als volgt de optie voor het geavanceerde opladen van batterijen: 1. Klik op de gewenste optie: • Multiplatformpakket maken • Pakket voor lokaal systeem maken • Een opgeslagen pakket openen OPMERKING: Als u een opgeslagen pakket wilt openen, klikt u op Een opgeslagen pakket openen, bladert u naar de bestandslocatie en klikt u op Openen. 2. Klik op Bewerken of dubbelklik op de optie. 3. Klik in de optierij advbatterychargecfg op Weergeven/Wijzigen in de kolom In te stellen waarde.
5. Selecteer de dag van de week. OPMERKING: Als u dezelfde instellingen op alle dagen van de week wilt toepassen, selecteer u de optie Deze instellingen op andere dagen toepassen. 6. Selecteer vanaf welke tijd het systeem alleen op batterijvermogen mag werken in de vervolgkeuzelijst Alleen op batterijstroom werken. 7. Selecteer vanaf welke tijd het systeem alleen op netstroom mag werken in de vervolgkeuzelijst Alleen op netstroom werken. 8.
OPMERKING: U kunt maar één actieve kleur tegelijkertijd selecteren voor de toetsenbordverlichting. 6. Configureer de waarden voor Rood, Groen en Blauw (RGB) als u CustomColor1 of CustomColor2 hebt geselecteerd. U stelt als volgt de RGB-waarden in voor customcolor1 of customcolor2: a. Klik op WIJZIGEN. b. Kies de kleur in het kleurencanvas. c. Klik op Selecteren. 7. Klik op OK. 8. U past de wijzigingen toe door de configuratie in .ini- of .exe-indeling te exporteren. Zie De BIOSconfiguratie exporteren.
5. Als u de niet-kritieke drempelwaarde wilt instellen voor de sensoren in de lijst, geeft u de waarde op in de bijbehorende kolom. 6. Klik op de X-markering om een sensor te verwijderen. 7. Klik op OK. 8. U past de wijzigingen toe door de configuratie in .ini- of .exe-indeling te exporteren. Zie De BIOSconfiguratie exporteren. Validatie BIOS-opties U kunt de opties van een BIOS-pakket valideren op basis van de configuratie van het hostsysteem met behulp van de optie Valideren.
• Onafhankelijk uitvoerbaar bestand - Klik op EXPORT.exe om de configuratie-instellingen te exporteren als SCE (EXE-bestand). Zie Wachtwoord voor setup, systeem of harde schijf voor meer informatie. • Rapport - Klik op Rapport om de configuratie-instellingen als een alleen-lezen HTML-bestand te exporteren. • Configuratiebestand - Klik op EXPORTEER CONFIG om de configuratie-instellingen te exporteren als een CCTK- of INI-bestand.
• Als u een harde schijf-wachtwoord wilt opgeven, klikt u op Harde schijf-wachtwoord, selecteert u de optie Gebruik de onderstaande wachtwoordgegevens en typt u het harde schijfwachtwoord. 5. Als op het doelsysteem geen setup-, systeem- of harde schijf-wachtwoord is ingesteld, selecteert u Geen wachtwoord nodig. 6. Klik op OK.
OPMERKING: U kunt SCE niet uitvoeren op Windows PE-systemen. Zie Problemen oplossen voor meer informatie over het toepassen van SCE op doelsystemen waarop de Windows PEbesturingssystemen actief zijn. Meer over SCE Een aantal van de veelvoorkomende scenario's waarin u SCE zou kunnen gebruiken zijn: • Wanneer u SCE op een doelsysteem toepast, voert het een stille installatie van de BIOS-instellingen uit op het doelsysteem.
Logboekgegevens verwijderen Klik op de pagina Pakketgeschiedenis op Logboek wissen. Feedback geven over Dell Command | Configure U kunt feedback geven over Dell Command | Configure via de link in de GUI van Dell Command | Configure . 1. Klik op de link Wij willen uw feedback om de online enquêtepagina te starten. 2. Geef uw feedback en uw tevredenheidsscores. 3. Gebruik Verzenden om uw feedback te delen met Dell.
Problemen oplossen 3 Het uitvoeren van Dell Command | Configure veroorzaakt foutberichten Als u het foutbericht Required BIOS interface not found or HAPI load error. ziet, moet u HAPI (Hardware Application Programming Interface) verwijderen en opnieuw installeren Het uitvoeren van Dell Command | Configure op 32-bits en 64-bits systemen Zorg ervoor dat de versie van cctk.exe wordt uitgevoerd die past bij de architectuur van het systeem.
TPM activeren Trusted Platform Module (TPM) is een als industriële norm geldende cryptografische module die attestatie, integriteit, metrische gegevens en rapportage biedt alsmede een hiërarchie voor beveiligde sleutels. Clientsystemen gebruiken TPM om te controleren of de systeemstatus is veranderd tussen twee opstartcycli. TPM-activering activeren en controleren: 1. Stel een BIOS-wachtwoord in voor het systeem als dit nog niet is ingesteld. Typ: cctk --setuppwd= 2.
Voorbeeld 2: applyconfig.bat /logfile C:\log.txt "--valsyspwd=password" Contact opnemen met Dell OPMERKING: Als u geen actieve internetverbinding hebt, kunt u de contactgegevens vinden op de factuur, de pakbon of in de productcatalogus van Dell. Dell biedt diverse online en telefonische ondersteunings- en servicemogelijkheden. De beschikbaarheid verschilt per land en product en sommige services zijn mogelijk niet beschikbaar in uw regio.