Users Guide

Table Of Contents
39
De printer aanzetten
LET OP: Het fuserbereik achteraan in de printer warmt sterk op vanaf het moment dat de printer
wordt aangezet.
LET OP: Kijk uit dat u zich niet brandt wanneer de achteruitvoer over staat.
LET OP: Haal de printer niet uit elkaar wanneer deze aanstaat. U kunt dan een elektrische schok
krijgen.
Ga als volgt te werk om de printer aan te zetten:
1
Steek een uiteinde van de stroomkabel in de stroomkabelaansluiting aan de achterkant
van de printer en het andere uiteinde in een correct geaard stopcontact.
2
Druk op de aan/uit-schakelaar om de printer aan te zetten. Het beginscherm verschijnt
en geeft aan dat de printer ingeschakeld is.
OPMERKING: Als u de printer voor de eerste keer inschakelt, moet u de taal, de datum, de tijd,
het land en de faxinstellingen configureren. Deze instellingen zijn mogelijk ook noodzakelijk na een
upgrade van de firmware of nadat de printer is gereset.
Faxinstellingen configureren
1
Stel de taal in. Zie "De taal van het display wijzigen".
2
Selecteer het land. Zie "Land selecteren".
3
Stel de datum en tijd in. Zie "Tijd en datum instellen".
4
Wanneer het bevestigingsvenster voor faxinstellingen verschijnt
,
selecteert u
of .
Als u selecteert, worden de standaardinstellingen voor faxen hersteld.
Als u selecteert:
a
Het rapport voor hulp bij faxinstellingen wordt afgedrukt.
b
Voer het apparaat-id in. Zie "De printer-ID instellen".