Reference Guide

Appendix F. EtherTalk-omgeving 43
Appendix F. EtherTalk-omgeving
EtherTalk is AppleTalk in een Ethernet-netwerk. Dit protocol wordt algemeen
gebruikt in Macintosh-netwerkomgevingen en wordt ook door Microsoft
Windows-systemen ondersteund. Zoals TCP/IP maakt EtherTalk ook
pakkettransmissie en routering mogelijk.
De netwerkprinterkaart werkt op EtherTalk-netwerken als de hostprinter
PostScript ondersteunt. De beschrijving in dit hoofdstuk is van toepassing op
afdrukken binnen een netwerk vanuit een Macintosh-computer.
Afdrukken in een EtherTalk-netwerk
Afdrukken in een EtherTalk-netwerk is mogelijk met verschillende hardware- en
softwareconfiguraties. Wanneer u een opdracht geeft om een document af te
drukken, start de toepassing een reeks EtherTalk-aanroepen om een verbinding
met de printer tot stand proberen te brengen. De aanroepen initiëren eerst
het NBP-naamopzoekingsproces (Name Binding Protocol) om de
geselecteerde printer en zijn EtherTalk-adres te vinden. Vervolgens wordt het
Printer Access Protocol (PAP) gebruikt om een verbinding met de printer te
openen.
Zodra de verbinding tot stand is gebracht, communiceren het werkstation en
de printer over een PAP-verbinding. PAP gebruikt protocollen van een lager
niveau, zoals ATP en DDP, om een gegevensstroomservice te verschaffen voor
het verzenden van afdrukopdrachten naar de printer.
EtherTalk configureren
U kunt EtherTalk via de volgende methoden configureren:
Bedieningspaneel
Raadpleeg de informatie in deze handleiding. Zie pagina 10.
EWS (Embedded Web Service)
1 Open uw webbrowser en ga naar Embedded Web Service .
2 Selecteer Printerserverinstellingen Instellingen Afdrukserver
EtherTalk .
• EtherTalk-protocol : biedt u de mogelijkheid om het EtherTalk-
protocol in of uit te schakelen.