Users Guide
Begrip van de printermenu’s 229
Protocol
Toepassing:
Het in- of uitschakelen van de protocollen.
De wijziging wordt van kracht
nadat u de printer uit en weer in hebt geschakeld.
Waarden:
IPv4 IP-adres
ophalen
Bedienings
paneel
Schakelt het via het operatorpaneel ingevoerde IP-
adres in.
AutoIP* Stelt het IP-adres automatisch in.
BOOTP Stelt het IP-adres in met behulp van BOOTP.
RARP Stelt het IP-adres in met behulp van RARP.
DHCP Stelt het IP-adres in met behulp van DHCP.
IP-adres Voor het handmatig instellen van het IP-adres dat is
toegewezen aan de printer.
Subnetmasker Stelt het subnetmasker handmatig in.
Gateway-adres Stelt het IP-adres handmatig in.
LPD Inschakele
n*
Schakelt de LPD-poort in.
Uitschakel
en
Schakelt de LPD-poort uit.
Port9100 Inschakele
n*
Schakelt de Port9100-poort in.
Niet
aanwezig
Schakelt de Port9100-poort uit.
WSD Inschakele
n*
Schakelt de WSD-poort in.
Niet
aanwezig
Schakelt de WSD-poort uit.
SNMP UDP Inschakele
n*
Schakelt de UDP-poort in.
Niet
aanwezig
Schakelt de UDP-poort uit.