Operation Manual
Bijlagen
18
Aansluiten op een lasdop
U heeft een lasdop als telefoonhoofdaansluiting.
1. Neem de telefoonkabel van de binnenleiding die uit het
kleine gat van de lasdop komt en knip deze op circa 30 cm
van de lasdop door met een tang.
Vanaf dit moment kunt u niet meer bellen of gebeld worden.
2. Strip beide uiteinden van de doorgeknipte kabel met een
mesje of een ander scherp voorwerp. De doorgeknipte
kabel kan uit meerdere aders bestaan. In principe worden
slechts twee aders gebruikt voor de telefoon/dsl
verbinding, normaal gesproken zijn dit de kleuren rood en
blauw. Strip deze twee aders zodat een stuk koperdraad
zichtbaar wordt. Druk nu beide knopjes van de splitter op
het blauwe aansluitpunt onder de tekst in en druk
voorzichtig beide aders, van het uiteinde dat uit de lasdop
komt in de hiervoor bestemde aansluitpunten. Als beide
aders goed in het aansluitpunt zitten laat u de knopjes los.
De aders zullen nu vast blijven zitten. Dezelfde procedure
herhaalt u voor het uiteinde van de kabel dat naar uw
binnenleiding gaat. Deze aders sluit u echter aan op het
aansluitpunt onder de tekst .
3. Als u niet zeker weet welke combinatie van aders gebruikt
wordt voor uw telefonie/dsl dan kunt u dit uittesten door
één voor één de combinatie van aders te proberen, sluit
hiervoor op het aansluitpunt onder de tekst met
een ministekker een werkend telefoontoestel aan. De
combinatie waarop u een telefoonsignaal krijgt is de juiste.
4. Nadat u bovenstaande handelingen heeft uitgevoerd
zouden uw toestel(len) weer een kiestoon moeten hebben.
U kunt nu weer bellen en gebeld worden.
U heeft nu de volgende situatie:
Lasdop -> telefoonsnoer naar aansluitpunt onder de tekst
-> splitter -> telefoonsnoer vanaf aansluitpunt onder de
tekst naar binnenleiding.