Operation Manual
REINIGING EN ONDERHOUD
■
Zet de telefoon uit alvorens deze te reinigen of er onderhoudswerkzaamheden
aan te plegen. De oplader moet uit de oplaadingang zijn gehaald. De telefoon
en de oplader mogen niet met elkaar verbonden zijn om elektrische schokken
of kortsluiting van de accu of de oplader te voorkomen.
■
Reinig de telefoon en de oplader niet met chemische stoen (zoals alcohol
of benzeen) of bijtende chemische middelen of reinigingsmiddelen om te
voorkomen dat de onderdelen beschadigd raken of minder goed werken. Reinig
het toestel met een enigszins vochtig zacht antistatisch doekje.
■
Zorg ervoor dat er geen krassen op de hoes komen en dat de hoes niet stuk
gaat, want de stoen in de verf kunnen een allergische reactie veroorzaken. Als
een dergelijke reactie optreedt, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de
telefoon en raadpleeg een arts.
■
Verwijder het stof uit de voedingsingang en houd deze droog om risico op
brand te voorkomen.
■
Als de telefoon of de accessoires niet goed werken, neem dan contact op met
uw lokale dealer.
■
Haal de telefoon en/of de accessoires niet zelf uit elkaar.
NOODOPROEP
Met deze functie kunt u, als de telefoon aan is en u in het dekkingsgebied van het
netwerk bent, een noodoproep uitzenden. De alarmnummers zijn echter niet via
alle netwerken bereikbaar. Reken nooit op uw telefoon om noodoproepen uit te
zenden.
12 13