Operation Manual

26
Gesloten braden
Voor het gesloten braden wordt een braadvorm met deksel
gebruikt. Gesloten braden is zeer geschikt voor stoofgerechten.
Braadtabel
De braadtijd en temperatuur zijn afhankelijk van de grootte, de
hoogte, de kwaliteit en het soort vlees.
In het algemeen geldt: Hoe groter het braadstuk, des te lager
de temperatuur en des te langer de braadduur.
De opgaven in de tabel zijn richtwaarden en gelden voor het
braden zonder deksel. De waarden kunnen variëren,
afhankelijk van het soort en de hoeveelheid vlees en de
braadvorm.
Stel de eerste keer de laagste opgegeven temperatuur in. In
principe levert de laagste temperatuur de meest gelijkmatige
bruining op.
Laat het vlees na afloop van de braadtijd nog ca. 10 minuten
rusten in de uitgeschakelde, gesloten binnenruimte. Bij de
opgegeven braadtijd is de aanbevolen rusttijd niet inbegrepen.
De opgaven in de tabel gelden voor het inschuiven in de
onverwarmde oven en voor vlees dat direct uit de koelkast
komt.
Tips en trucs
Boven- en onderwarmte %
Vlees Inschuifhoogte Temperatuur in °C Braadtijd in minuten
Gehakt (van 500 g vlees) 2 200 210 60 70
Vis, heel (300 g) 2 180 200 20 30
Vis, heel (700 g) 2 180 200 30 40
Varkensvlees
Filet, medium (400 g) 3 200 230 30 45
Braadstuk met zwoerd (1,5 kg) 2 200 220 120 150
Braadstuk, doorregen, zonder zwoerd, bijv. nek
(1,5 kg)
2 190 210 100 130
Braadstuk mager (1 kg) 2 180 200 70 90
Casselerrib 2 190 210 70 80
Rundvlees
Filet, medium (1 kg) 2 200 220 45 65
Rosbief, medium (1,5 kg) 2 200 220 30 45
Stoofvlees (1,5 kg)* 2 200 220 120 150
Kalfsvlees
Kalfsvlees/borst (1,5 kg) 2 180 200 90 120
Schenkel 2 190 210 100 130
Gevogelte (ongevuld)
Kip, heel (1 kg) 2 200 220 60 70
Eend, heel (2 3 kg) 2 190 210 90 120
Gans, heel (3 4 kg) 2** 180 200 130 180
* Stoofvlees gesloten braden
** bij een hoog gerecht inschuifhoogte 1 gebruiken
Korst te dik en/of vlees te droog Inschuifhoogte controleren. Lagere temperatuur of kortere braadtijd aanhouden.
Korst te dun Temperatuur verhogen
Het vlees is van binnen niet gaar Neem de toebehoren die niet nodig zijn uit de binnenruimte. Braadtijd verlengen.
Controleer met behulp van een vleesthermometer de kerntemperatuur van het vlees.
Waterdamp in de binnenruimte slaat
neer op de apparaatdeur
Wanneer het apparaat aan is, verdwijnt de waterdamp geleidelijk. Bij zeer veel
waterdamp kunt u kort en voorzichtig de apparaatdeur openen, zodat hij sneller
verdwijnt.