Data Sheet
I-2017, www.findernet.com
SERIE
15
SERIE 15
Elektronische dimmers
5
Functies- Type 15.51 en 15.91
Type Trapsgewijs dimmen
Werkingsfunctie instellen
Type 15.51 - Inbouw- of chassismontage
Werkingsfunctie 2 (zonder geheugen): na uitschakelen wordt het laatst ingestelde lichtniveau niet bewaard.
Bediening door lange impulsen:
(door drukken op drukknop): regeling van lichtsterkte dalend of
stijgend in 10 stappen.
Bediening door korte impulsen: schakelt afwisselend AAN en
UIT. Bij inschakelen stijgt de lichtsterkte naar het maximale
lichtniveau.
Werkingsfunctie 1 (met geheugen): het laatst ingestelde lichtniveau wordt bewaard.
Bediening door lange impulsen:
(door drukken op drukknop): regeling van lichtsterkte dalend of
stijgend in 10 stappen.
Bediening door korte impulsen: schakelt afwisselend AAN en
UIT. Bij inschakelen stijgt de lichtsterkte naar het voorgaande
lichtniveau.
Bij type 15.51 is werkingsfunctie 1 (of werkingsfunctie 3 bij 0404 uitvoering)
vooraf ingesteld. Het is mogelijk om de werkingsfunctie te wijzigen
volgens onderstaande procedure:
a) Verwijder de aansluitspanning;
b) Druk de bedieningsknop in;
c) Sluit de aansluitspanning aan en houd de bedieningsknop nog
3 seconden ingedrukt;
d) Bij het loslaten van de bedieningsknop, knippert de lamp twee maal
bij instelling op werkingsfunctie 2 (of werkingsfunctie 4 bij 0404
uitvoering), of knippert eenmaal bij instelling op werkingsfunctie 1
(of werkingsfunctie 3 bij 0404 uitvoering ). Door herhaling van
bovenstaande stappen, wordt van werkingsfunctie gewisseld.
Type 15.91 - Voor inbouwdozen of diepe schakeldozen
Bij type 15.91 is werkingsfunctie 4 (zonder geheugen) vooraf ingesteld. Het
is mogelijk om de werkingsfunctie te wijzigen volgens onderstaande pro-
cedure:
a) Verwijder de aansluitspanning;
b) Druk de bedieningsknop in;
c) Sluit de aansluitspanning aan en houd de bedieningsknop nog
3 seconden ingedrukt;
d) Bij het loslaten van de bedieningsknop, knippert de lamp twee maal
bij instelling op werkingsfunctie 3 of knippert eenmaal bij instelling
op werkingsfunctie 4. Door herhaling van bovenstaande stappen,
wordt van werkingsfunctie gewisseld.
15.51...0400
15.51...0404
15.91...0000
Werkingsfunctie 4 (zonder geheugen): in- en uitschakelen, waarbij het laatst ingestelde lichtniveau niet wordt bewaard.
Bediening door lange impulsen: de lichtsterkte stijgt of daalt
traploos door het bedienen van de drukknop.
Bediening door korte impulsen: schakelt afwisselend AAN en
UIT tussen de maximale lichtsterkte en de UIT stand.
Werkingsfunctie 3 (met geheugen): het laatst ingestelde lichtniveau wordt bewaard.
Bediening door lange impulsen: de lichtsterkte stijgt of daalt
traploos door het bedienen van de drukknop.
Bediening door korte impulsen: schakelt afwisselend AAN en
UIT. Bij inschakelen stijgt de lichtsterkte naar het voorgaande
lichtniveau.
Type Traploos dimmen










