Data Sheet
I-2017, www.findernet.com
SERIE 15
Elektronische dimmers
SERIE
15
4
Functies - Type 15.10 en 15.11
Type Traploos dimmen
LED statusindicatie
Werkingsfunctie (zonder geheugen): Na uitschakelen wordt het laatst
ingestelde lichtniveau niet bewaard.
Bediening door lange impulsen: De lichtsterkte stijgt of daalt traploos door
het bedienen van de drukknop. De minimale lichtsterkte is in te stellen door de
knop aan de voorzijde (bij de serie15.11).
Bediening door korte impulsen: Schakelt afwisselend AAN en UIT tussen de
maximale lichtsterkte en de UIT stand.
Werkingsfunctie (met geheugen): het laatst ingestelde lichtniveau
wordt bewaard.
Bediening door lange impulsen: De lichtsterkte stijgt of daalt traploos door
het bedienen van de drukknop. De minimale lichtsterkte is in te stellen door de
knop aan de voorzijde (bij de serie15.11).
Bediening door korte impulsen: Schakelt afwisselend AAN en UIT.
Bij inschakelen stijgt de lichtsterkte naar het voorgaande lichtniveau.
Werkingsfunctie (met geheugen): het laatst ingestelde lichtniveau van
spaarlampen wordt bewaard.
Bediening door lange impulsen: de lichtsterkte stijgt of daalt traploos door
het bedienen van de drukknop. De minimale lichtsterkte is in te stellen door de
knop aan de voorzijde (bij de serie15.11).
Bediening door korte impulsen: Schakelt afwisselend AAN en UIT tussen de
maximale lichtsterkte en de UIT stand. Als de verlichting AAN wordt geschakeld
gaat de lichtsterkte naar de maximale stand (om te tonen welke juiste lamp
aangeschakeld is) en direct daarna naar de AAN stand.
Trappenhuisfunctie met vroegtijdige waarschuwing:
Na de beginpuls sluit het uitgangscontact zich en de tijd loopt. Na periode T
wordt de verlichting voor 10 seconden met 50% gedimd en daarna wordt de
verlichting voor 30 seconden gedimd tot de verlichting uitgaat.
Tijdens de ingestelde tijd en de in totaal 40 seconden durende waarschuwing-
stijd is het mogelijk om de tijd te verlengen met T.
15.10
Soort lampbelasting
Instellen keuzeschakelaar
Instellen helderheid
• Gloeilampen
• Halogeenlampen 230 V AC
• Halogeenlampen 12/24 V met elektronische
transformator of EVS
Het is aan te bevelen de helderheid op de
minimale waarde in te stellen zodat bij
het inschakelen het hele dimbereik bes-
chikbaar is. Als bij het inschakelen meer
licht wenselijk is, bestaat de
mogelijkheid om de helderheid op een
hogere waarde in te stellen.
(Fase afsnijding)
(Fase aansnijding)
• Dimbare spaarlampen
• Dimbare LED lampen
Het is aan te bevelen de helderheid op
een middenwaarde in te stellen zodat de
lampen bij het inschakelen niet gaan
knipperen. De precieze waarde hangt af
van de lampsoort en de leverancier van
de lamp.
• 12/24 V halogeen verlichting met
ringkerntransformatoren of E-kerntransformatoren
Het is aan te bevelen de helderheid op de
minimale waarde in te stellen zodat bij
het inschakelen het hele dimbereik bes-
chikbaar is. Als bij het inschakelen meer
licht wenselijk is, bestaat de
mogelijkheid om de helderheid op een
hogere waarde in te stellen.
Soort lampbelasting - Type 15.11
(Fase aansnijding)
LED (alleen type15.10) Status
Stand-by, uitgangsspanning < 1 V
Actief, uitgangsspanning ≥1V
Tijd loopt, trappenhuisfunctie
Kortsluiting of overbelasting,
uitgang uitgeschakeld
Stand-by, ingangsspanning < 1 V
Actief, ingangsspanning ≥1V
Oververhitting,
uitgang uitgeschakeld
Kortsluiting of overbelasting,
uitgang uitgeschakeld
LED (alleen type 15.11) Status










