User manual

Elektromagnetische Verdraagzaamheid) en heeft het bijbehorende
- kenmerk gekregen.
Elke verandering van de schakeling resp. het gebruik van andere
dan de aangegeven onderdelen doet deze toekenning teniet!
Beschrijving van de schakeling
Bij de auto- accu gaat het in de meeste gevallen om een loodaccu. Deze is
robuust genoeg om de ruwe gebruiksomstandigheden te weerstaan (schokken
en grote temperatuurschommelingen) en bovendien spelen de prijs en
voldoende ruimte in de auto een rol.
Merkwaardig genoeg weten echter vaak ook kilometervreters nauwelijks iets
over dit veelgeplaagde stuk gereedschap, dat voor het totale functioneren
van de auto van levensbelang is.
Dit gebrek aan kennis begint bij het juiste onderhoud van de accu en strekt zich
uit tot het verkeerd inschatten van de laadtoestand. Een loodaccu maakt in het
verloop van zijn laadtoestand tamelijk grote spanningsveranderingen door.
En daarom wekt het geen verbazing, dat de 12-V-nominale spanning van het
stroomnet in de auto naar boven pas bij 13,8 V gelimiteerd wordt (inzet van
de regelaar) en dat een onderkoelde accu maar amper 11 V op de benen
(eigenlijk: op de klemmen) brengt. Deze spanningsschommelingen zijn
echter slechts een aanduiding hoe vol resp. leeg de accu is, welke capaciteit
hij ons dus ter beschikking stelt.
Wat ligt er dus meer voor de hand dan de spanning van de accu permanent in
het oog te houden en ons te beschermen tegen onaangename verrassingen?
Met de 10-voudige LED- rij heeft u op elk moment een overzicht hoe het met
uw accu "gaat". En in twijfelgevallen kunt u nu op tijd naladen, als de achter-
ruitverwarming te veel stroom verbruikt heeft of er water bijgieten als de
zomerhitte bijdraagt aan verdamping.
De schakeling "leeft" van een IC, die specifiek voor dergelijke bewakings-
8
opgaven gebouwd werd. Het gaat om de 18-polige LED- driver LM 3914, die
een beperkt afgegrensd spanningsbereik registreert en afhankelijk van de
actuele ingangsspanning één van de tien LEDs op de uitgang activeert.
Dit is wel te verstaan iets anders dan wat een normale Voltmeter doet, die in
de regel een gesloten, bij nul beginnend bereik toont; de LM 3914 daarentegen
pikt zijn eigen beperkte deelbereik eruit en deelt dat in tien "hoofdstukken"
in. Met de desbetreffende ingeschakelde LED geeft hij aan, op welke plek
van het op deze manier beperkte bereik de ingangsspanning ligt (spreiding
van het meetbereik).
Hiertoe produceert de IC uit de voedingsspanning op de pins 3&2 een
spanningsreferentie (aansluiting 7), die in zekere mate de maatlat voorstelt;
deze bedraagt hier typisch 2,5 V. De op stift 5 toegevoerde ingangsspanning
is de meetgrootheid. Als deze zich tussen de limietwaarden beweegt, die
met behulp van de beide spanningsdelers op de aansluitingen 4 (ondergrens)
en 6 (bovengrens) heersen, licht minimaal één van de tien diodes op (op het
moment van de overgang kunnen het er ook twee zijn).
In de IC liggen tien spanningvergelijkers in serie, die tussen 1,0 V en de
ingestelde spanningsreferentie actief worden. De meetspanning zelf en de
limietwaarden moeten dus in de regel via spanningsdelers zo onderverdeeld
worden, dat ze zich tussen deze door de IC- fabrikant vastgelegde grenzen
bewegen.
Bij het over- c.q. onderschrijden van de limietwaarden blijven alle LEDs
donker, maar het doel van deze schakeling is juist door spreiding van een
klein bereik een grotere resolutie met fijnere stappen te krijgen. Het is boven-
dien zeer voordelig dat de LEDs via constante stroombronnen geschakeld
worden, zodat er geen eigen voorweerstanden voor de stroombegrenzing
nodig zijn.
Passend bij het elektriciteitsnet in de auto en met de mooi "rechte" trappen
van 0,5 V per LED is de schakeling zo gedimensioneerd, dat deze (nadat hij
geijkt is) een meetbereik van 10,5 … 15 V bestrijkt. Bij de onderste bereiks-
grens licht dus LED nr. 1 op, en bij 15 V is LED nr. 10 ingeschakeld. De
kameraden daartussenin schakelen in een afstand van 0,5 V, dus nr. 2 bij
11,0 V, tot aan nr. 9 die bij 14,5 V gaat branden.
9