User manual

met 6. Bij het werpen kan men dus gelijk ook nog het binaire getallensysteem leren:
1=001b, 2=010b, 3=011b, 4=100b, 5=101b, 6=110b
Een oscillator zonder de condensator, dat kan verrassend lijken. Er is echter een zeer kleine condensator
aanwezig. Twee naast elkaar liggende contactstrepen van in insteekprintplaat bouwen een condensator
met ongeveer 4pF (4 picofarad). Met de weerstand van 22MΩ ontstaat daarmee een klokfrequentie van
ongeveer 5kHz. Op Q6 verschijnt de door 64 gedeelde frequentie met ongeveer 80 Hz. Het menselijke
oog kan deze snelle wisseling niet meer waarnemen. De Oscillator wordt nog sneller met een weerstand
van 100kΩ. Hij loopt dan met ongeveer 600 kHz en kan zelfs met een nabijgelegen AM-radio worden
opgemerkt. De oscillator van de CD4060 functioneert met de onderdelen van de kalender in een groot
bereik tussen 0,25 Hz en 600 kHz. Daarnaast kunt u door het direct aanraken van de ingang meestal een
nauwkeurige 50 Hz klok maken. Het resultaat van deze proef is dat het flitsen duidelijk langzamer is.
17 Lichtsensor
Er gaat nog een gele LED schuil achter deurtje nummer 17. Met de beide gele LEDs samen kan nu een
lichtsensor worden gebouwd. Wanneer er veel licht op de gele LEDs valt, dan zullen de rode LEDs snel
knipperen. In het donker wordt het knipperen zeer langzaam.
De oscillator werkt weer met de extreem kleine condensator van twee contacten van de insteekprintplaat.
Zelfs met een grote weerstand van 22 MΩ resulteerde dit in een hoge frequentie. De beide gele LEDs
vormen echter een nog veel grotere weerstand, die bovendien afhankelijk is van de
omgevingshelderheid. Beide LEDs zijn zo in serie geschakeld dat altijd één van beiden in tegengestelde
richting wordt aangestuurd. Er kan dus eigenlijk geen stroom vloeien. Wanneer er echter licht op het glas
van de LED valt, gedraagt de LED zich als een fotodiode. Nu vloeit er ook in de tegengestelde richting een
kleine stroom. Hoe meer licht er op de LEDs valt, hoe groter deze stroom wordt en hoe hoger de
oscillatorfrequentie wordt.
18 Drukknopteller
Achter het 18de deurtje bevindt zich een weerstand met 4,7kΩ (geel, violet, rood). Daarmee kan nu
nog een LED met grotere helderheid worden bediend. In totaal vier LEDs tonen vier bits van een binair
getal. Daarmee kunnen 16 getallen van 0 tot en met 15 worden weergegeven. De teller loopt nu echter
niet alleen, in plaats daarvan wordt de klok door de drukknopschakelaar geproduceerd.
Na steeds acht keer indrukken van de knop moet er een niveauwisseling worden waargenomen op Q4.
De wisselingen zijn echter wezenlijk vaker. Meestal zijn drie of vier toetsaanslagen voldoende voor een
verandering aan de uitgangen. Dat ligt aan de contactterugslag van de schakelaar, waarvan de
contacten bij het sluiten meervoudig terugslaan. Met een handeling produceert men dus een korte
reeks impulsen, die allen worden geteld.