Operation Manual

337
NX509E
Nederlands
INSTALLATIEHANDLEIDING
8. GPS-antenne installeren
Opmerking:
De bijgeleverde GPS-antenne moet in de auto worden geïnstalleerd. Installeer de antenne niet aan de
buitenkant van de auto.
Installeer de GPS-antenne minimaal 50 cm uit de buurt van de hoofdeenheid, andere audioapparaten, zoals
een CD-speler, en een radardetector. Als de antenne in de buurt van deze apparaten wordt geïnstalleerd, kan
de GPS-ontvangst worden gestoord.
Als u de ontvangst van het GPS-signaal wilt verbeteren, installeert u de GPS-antenne horizontaal op een
vlakke ondergrond.
Breng geen was of verf aan op de behuizing van de GPS-antenne. Hierdoor kunnen de prestaties van de
GPS-antenne afnemen.
Installeer de GPS-antenne ten minste 10 cm uit de buurt van de voorruit.
Veeg het vuil van het montageoppervlak voordat u de GPS-antenne installeert.
Bevestig het dubbelzijdige plakband aan de onderkant van de GPS-antenne.
Monteer de GPS-antenne.
Bevestig ze stevig op een vlak gedeelte van het dashboard aan de passagierskant, waar het GPS-
signaal zo weinig mogelijk kan worden gestoord.
Breng de kabel van de GPS-antenne aan.
Bevestig de kabel met de kabelklemmen.
(Voorbeeld van een situatie waarbij het verkeer links rijdt.)
WAARSCHUWING
Installeer de GPS-antenne niet op een plaats waar deze de werking van de airbag of het zicht
van de bestuurder kan belemmeren.
Gebruik dit systeem niet als de kabel van de GPS-antenne is doorgesneden. Er kan
kortsluiting optreden in de voedingsdraden in de kabel.
Dubbelzijdig
plakband
Onderkant van GPS-antenne
GPS-antenne
Kabelklem