Operation Manual

NX505E 45
Nederlands
Volume Smoother:
Hiermee worden volumeverschillen
gedetecteerd gebaseerd op
de bron die wordt afgespeeld
en niveauverschillen in iedere
scene in een film, en wordt
het volumeniveau automatisch
aangepast. (Standaardwaarde: UIT)
P.46
Virtual Bass:
Door een lagetonencomponent toe
te voegen aan het lagetonengebied
wordt het geluid rijker aan lage
tonen. (Standaardwaarde: UIT)
Sound Restorer:
Door het gebied van hoge
tonen van gecomprimeerde
audio te interpoleren komt
de geluidskwaliteit dichter bij
het originele geluid voordat
het gecomprimeerd werd.
(Standaardwaarde: UIT)
Loudness:
Hiermee worden hoge en lage
tonen ingesteld naar gelang van het
volume. (Standaardwaarde: UIT)
Luidspreker:
Hiermee wordt de filterfrequentie
ingesteld, naar gelang van de
luidsprekers.
P.46
Intelligent Tune:
Hiermee wordt Virtual Stage
Enhancer, Vocal Image Control,
Sound Restorer, Virtual Bass
en Volume Smoother ingesteld.
(Standaardwaarde: UIT)
Om iedere waarde aan te passen,
instellen op AAN.
P.46
Opnieuw instellen:
Hiermee worden de audio-
instellingen teruggebracht op hun
fabriekswaarden.
P.46
Opmerking
•WanneerVirtualStageEnhanceringesteld
isopeenwaardedieverschiltvanUIT,
kandeverticaleinstellingvanVocalImage
Controlnietverschillendzijnvan“0”.
1
MENU
2
Intelligent Tune
(controleren dat
het ingesteld is op AAN)
3
Virtual Stage Enhancer
4
, aanraken om de
waarde aan te passen.
Vocal Image Control:
Hiermee wordt de vocale
volumebalans ingesteld. Om Vocal
Image Control terug te zetten naar
de fabrieksinstellingen,
Fabrieksinstellingen resett.
aanraken.
❏
Een geheugen van
geluidseffecten selecteren en
instellen
U kunt uw geprefereerde geluidskwaliteit
selecteren en instellen
1
MENU
2
Grafische equalizer
3
De geluidskwaliteit selecteren.
Bass.B:
Versterkt de lage tonen.
High.B:
Verhoogt de hoge tonen.
Acoustic:
Verhoogt het middenniveau
(menselijke stem).
Impact:
Verhoogt de lage en hoge
gebieden.
Smooth:
Creëert een zachte sfeer.
Flat:
Schakelt de geluidsbron en de
equalizer uit.
❏
De geprefereerde
geluidseffecten instellen
1
MENU
2
Grafische equalizer
3
Gebruik. 1
,
Gebruik. 2
,
of
Gebruik. 3
4
Afstellen
5
De geluidseffecten instellen.
, :
Hiermee wordt de instelling van de
band bijgesteld voor het gebied
van lage tonen, het middengebied
en het gebied van hoge tonen.
Fabrieksinstellingen resett.:
Hiermee worden de instellingen
van iedere band teruggezet op “0”.
Vanaf de volgende bewerking
kunnen dezelfde instellingen
worden bereikt in stap 3.
❏
De volumebalans van de
luidsprekers afstellen
Balans/fader stelt de algemene
volumebalans in.
1
MENU
2
Balance/Fader
3
Tikken op , ,
en
, en de instellingen
uitvoeren.
Fabrieksinstellingen resett.:
Hiermee worden de huidig
gekozen volumebalansinstellingen
teruggebracht op hun
fabriekswaarden.
❏
De balans van vocaal volume
en surround sound bijstellen
Vocal Image Control regelt het
stemgeluid dat zich in het midden van
de stereogeluidsbron bevindt en de
volumebalans van de componenten zoals
de belangrijkste muzikale instrumenten.
Deze instellingen gebruiken om de balans
links/rechts en de diepte van de stem in te
stellen overeenkomstig de configuratie van
de luidsprekers en het aantal reizigers in de
auto.
De Virtual Stage Enhancer stelt de geluiden
bij tot een zeer realistische surround sound
door de vocale component en de surround
soundcomponent uit de stereogeluidsbron
te destilleren, en die in juist evenwicht te
verdelen over de luidsprekers vooraan en
achteraan.