Operation Manual

NX505E 9
Nederlands
Benamingen en functies van de onderdelen
Hieronder volgen de benamingen van de knoppen op het bedieningspaneel, samen met hun
overeenkomstige functies.
1
2
3
4
5
6
4
7
3
5
6
1
2
De microSD-kaart pas invoeren en verwijderen na het toestel te hebben
uitgeschakeld, anders kan de microSD-kaart beschadigd raken.
1 Dit is de ingebouwde microfoon. Die wordt gebruikt als microfoon voor de handenvrij-functie
en de Intelligent VOICE-functie.
2 Dit is de sensor voor de afstandsbediening. Deze ontvangt de signalen van de
afstandsbediening (wordt apart verkocht).
3 Dit is de AUX-aansluiting. Audio- en videomateriaal van externe apparaten die via deze
aansluiting verbonden zijn kunnen worden afgespeeld als de audiomodus wordt omgeschakeld
naar AUX.
P.27
4 Dit is de anti-diefstal-indicator. Dit lichtje knippert als de Activatie anti-diefstal op “AAN”
ingesteld is, om aan te geven dat de anti-diefstalfunctie geactiveerd is.
P.44
5 Hier wordt de microSD-kaart ingevoerd om gegevens op microSD-kaarten af te spelen.
P.11
6 Hier bevindt zich de microSD-kaart met wegenkaartgegevens. Om de wegenkaart bij te
werken, dit luik openen, de geheugenkaart verwijderen en een andere aanbrengen.
Het luik niet openen voor andere bewerkingen.
7 Hier de worden DVD-video-, CD-, MP3-, WMA- en DivX-schijven ingevoerd.
P.11
In dit document worden de volgende omlijningen en conventies gebruikt om de bewerkingen
met de knoppen op het bedieningspaneel aan te geven.
Nummer Omlijning Beschrijving van de bewerking
1
MENU
Kort
indrukken
Hierdoor verschijnt het hoofdmenuscherm.
2
NAVI AV
Kort
indrukken
Hiermee wordt omgeschakeld tussen het
kaartscherm met de huidige positie en het
huidig gekozen audioscherm.
3
Draaien Dit is de draaiknop voor het volume.
Hiermee het volume instellen voor de
audiovisuele functie, de gesproken
routebegeleiding, Intelligent VOICE enz.
Kort
indrukken
Hiermee wordt het scherm uitgeschakeld en de
weergave van geluid stopt.
4
Smart Access
Kort
indrukken
Hiermee wordt Intelligent VOICE gestart.
P.37
Langdurig
drukken
Hiermee wordt Smart Access gestart.
5
Kort
indrukken
Hiermee wordt de schijf die zich in het toestel
bevindt uitgeworpen.
6
Aanraken Dit is het scherm en het aanraakpaneel. Dit
functioneert als aanraakpaneel wanneer het
wordt weergegeven.