Operation Manual
Nederlands
6
Het afneembare bedieningspaneel (DCP;
Detachable Control Panel) kan worden
verwijderd om diefstal te voorkomen. Bewaar
het bedieningspaneel nadat u het hebt
verwijderd in het DCP-doosje zodat er geen
krassen op kunnen komen.
Wij adviseren u het DCP mee te nemen
wanneer u de auto verlaat.
1. Houd de [ ] toets ingedrukt (2 sec.) om
het toestel uit te schakelen.
2. Druk de [OPEN] toets in om het DCP te
ontgrendelen.
3. Pak de kant die naar buiten komt vast en
verwijder het DCP.
1. Houd het DCP zo vast dat het
bedieningspaneel naar u toe wijst.
Plaats de rechterkant van het DCP in de
uitsparing voor het DCP.
2. Druk de linkerkant van het DCP aan tot het
paneel vastklikt.
Houd het DCP vast in de richting die op
onderstaande afbeelding wordt getoond en
plaats deze in de meegeleverde DCP-doos.
(Controleer of het DCP in de juiste richting is
geplaatst.)
Bewaren van het DCP in het DCP-doosje
LET OP
• Het DCP kan gemakkelijk worden
beschadigd door schokken. Wees
voorzichtig dat u het niet laat vallen of
blootstelt aan zware schokken nadat u het
hebt verwijderd.
• Wanneer de [OPEN] toets is ingedrukt
en het DCP ontgrendeld is, kan het DCP
vallen door trillingen die door de auto
veroorzaakt worden.
• De aansluiting die het hoofdtoestel
met het DCP verbindt, is een uiterst
belangrijk onderdeel. Let erop dat u dit
niet beschadigt door er met vingernagels,
schroevendraaiers, of andere harde
voorwerpen op te drukken.
Opmerking:
Als het DCP vuil is, mag u het vuil alleen
afvegen met een zacht, droog doekje.
Verwijderen van het DCP
Aanbrengen van het DCP
DCP
DCP-doosje