Operation Manual
Nederlands
54
Omgaan met discs
Hanteren
• Nieuwediscskunnensomsruwerandjes
hebben. Bij gebruik van dergelijke discs,
is het mogelijk dat de speler niet werkt, of
dat de geluidsweergave overslaat. Gebruik
een balpen of iets dergelijks om de ruwe
uitsteeksels van de rand van de disc te
verwijderen.
• Plakgeenlabelsophetoppervlakvande
disc en schrijf niet op het oppervlak van de
disc met een potlood of een pen.
• Speelingeengevaleendiscafmet
plakband of lijm erop, of met loslatende
opdruk. Als u een dergelijke disc probeert
aftespelen,zultudezemogelijknietmeer
uit de speler kunnen krijgen, of kan de
speler beschadigd raken.
• Gebruikgeendiscsmetgrotekrassen,
discsdievervormdzijn,gebarstenenz.
Gebruik van dergelijke discs kan leiden tot
storingen of schade.
• Omeendiscuitzijndoosjetehalen,moet
u in het midden drukken, waar de disc
vastzitinhetdoosje,waarnaudediscaan
de randen uit het doosje kunt tillen.
• Gebruikgeenindehandelverkrijgbare
beschermingsvellen of discs met
stabilisatorenenz.Dezekunnendedisc
beschadigenofstoringenveroorzakenin
het binnenwerk.
Bewaren
• Steluwdiscsnietblootaandirectzonlicht
of warmtebronnen.
• Steluwdiscsnietblootaaneentehoge
luchtvochtigheid of teveel stof.
• Steluwdiscsnietblootaandirectehitte
van verwarmingstoestellen.
Schoonmaken
• Omvingerafdrukkenenstofteverwijderen,
veegtumeteenzachtedoekineenrechte
lijn van het midden van de disc naar de
rand.
• Gebruikgeenoplosmiddelen,zoalsinde
handel verkrijgbare reinigers, antistatische
spray, of verfverdunner, om uw discs
schoon te maken.
• Nagebruikvanspecialereinigingsmiddelen
voor discs, moet u de disc goed laten
drogenvoorudezeweerafspeelt.
Over discs
• Schakelhettoestelnietuitenverwijderhet
nietuitdeautoterwijlernogeendiscinzit.
LET OP
Voor uw en andermans veiligheid mag de
bestuurder onder het rijden in geen geval
een disc in het toestel doen of eruit halen.
Balpen
Ruwe uitsteeksels
4. WAAR U OP MOET LETTEN BIJ HET
OMGAAN MET UW SCHIJVEN
5. BEDIENING
Basisbediening
Opmerking:
•Raadpleegdeafbeeldingenonder“3.
BEDIENINGSORGANEN”bijhetlezenvan
dit hoofdstuk.
LET OP
Wanneer het toestel aan staat, kan
starten en stoppen van de motor terwijl
het volume vol open staat uw gehoor
beschadigen.
Wees voorzichtig met het regelen van
het volume.
Aan/uit
Opmerkingen:
• Startdemotorvoorudittoestelgaat
gebruiken.
• Weesvoorzichtigwanneerdittoestel
langeretijdgebruiktwordtzonderdat
de motor loopt. Als de accu te ver leeg
raakt,zultumisschiendemotornietmeer
kunnen starten en kan de levensduur van
de accu bekort worden.
1. Start de motor. De aan/uit-toets /
toetsverlichtingvanhettoestelzal
oplichten.
Motor AAN
stand
2. Druk op de [SRC / ] toets op het
voorpaneelomhettoestelaantezetten
wanneer het uit (standby) staat. Het
toestel gaat in de stand waarin het stond
toenhetdelaatstekeeruitwerdgezet.
3. Houd de [SRC / ] toets op het
voorpaneel ingedrukt om het toestel uit te
zetten.
CT (klok/tijd) display
• Deweergegeventijdenklokgegevenszijn
gebaseerd op de CT (klok/tijd) gegevens
in het RDS-signaal.
Instellen van het volume
Verdraai de [VOLUME] knop op het
voorpaneel.
Het instelbereik voor het volume loopt van
0 t/m 40.
LET OP
Houd onder het rijden het volume op een
acceptabel niveau, zodat u geluiden van
buiten nog kunt horen.
Selecteren van de signaalbron
Druk herhaaldelijk op de [SRC / ] toets op
het voorpaneel om de gewenste signaalbron
tekiezen.
Opmerkingen:
• Kiezenvandesignaalbronbetekent
in feite meestal dat u de stand van het
toestelkiest,zoalsdeDISC stand, de
RADIO stand of de AUX stand.
Tonen van de systeemtijd
Druk op de [DISP] toets op het voorpaneel
om de op het display getoonde informatie
heen en weer te schakelen tussen RDS-
informatie, de systeemtijd en de signaalbron.
RESET
Als u een van de volgende problemen
ondervindt, moet u op de [RESET] toets
drukken.
• Hettoestelgaatnietaan
• Ergebeurtnietswanneeruopdetoetsen
drukt
• Deaanduidingenophetdisplayzijnniet
correct