Operation Manual

6
Rijden
87
C-Zero_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Enkele rijadviezen
Houd u altijd aan de verkeersregels en let
onder alle omstandigheden goed op.
Richt uw aandacht op het verkeer en houd
uw handen op het stuurwiel, zodat u snel kunt
reageren op onverwachte situaties.
Rijd bij slecht weer defensief, rem eerder af en
houd meer afstand tot uw voorligger.
Bent u genoodzaakt over een overstroomd
weggedeelte te rijden, doe dan het volgende:
- kijk of het water niet meer dan 15 cm
diep is, houd daarbij rekening met golfen
die door andere weggebruikers kunnen
worden veroorzaakt,
- rijd zo langzaam mogelijk. Rijd in elk geval
niet sneller dan 10 km/h,
Als u het overstroomde weggedeelte
achter u hebt gelaten, rem dan, zodra de
verkeerssituatie dat toelaat, meerdere keren
licht af om de remschijven en remblokken te
drogen.
Als u twijfels hebt over de staat van uw auto,
neem dan contact op met het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Belangrijk!
Rijden op een
overstroomde weg
Probeer het rijden over overstroomde wegen
zo veel mogelijk te vermijden, want het water
kan de motor, transmissie en het elektrische
systeem van uw auto ernstig beschadigen.
Rijd nooit met aangetrokken
parkeerrem - Kans op oververhitting en
beschadiging van het remsysteem!
Laat de auto nooit onbewaakt met
ingeschakelde motor achter. Als u uw
auto met ingeschakelde motor moet
verlaten, trek dan de parkeerrem aan
en zet de selectiehendel in de stand N
of P.