Operation Manual
Veiligheid
76
C-Zero_nl_Chap05_securite_ed01-2016
Kinderzitje op de passagiersstoel voor*
"Met de rug in de rijrichting"
Wanneer een kinderzitje met de rug in de
rijrichting op de passagiersstoel voor wordt
geplaatst, moet de stoel in de middelste stand van
de verstelling in lengterichting worden geschoven
en moet de rugleuning rechtop worden gezet.
De airbag vóór aan passagierszijde moet
zijn uitgeschakeld. Gebeurt dit niet, dan
kan het kind bij het afgaan van de airbag
levensgevaarlijk gewond raken.
"Met het gezicht in de rijrichting"
Wanneer een kinderzitje met het gezicht in de
rijrichting op de passagiersstoel voor wordt
geplaatst, moet de stoel in de middelste stand
van de verstelling in lengterichting worden
geschoven, moet de rugleuning rechtop
worden gezet en mag de airbag vóór aan
passagierszijde niet worden uitgeschakeld.
Controleer of de veiligheidsgordel goed
strak staat.
Controleer bij kinderzitjes met een
steun of deze goed op de vloer rust.
Verstel indien nodig de passagiersstoel.
* Raadpleeg de wetgeving in uw land voordat u
een kinderzitje op deze plaats bevestigt.
Passagiersstoel in de middelste stand van
de verstelling in lengterichting.