Operation Manual

Ergonomie en comfort
34
C-Zero_nl_Chap03_ergonomie-et-confort_ed01-2016
Achterbank
Hoofdsteunen achter
De hoofdsteunen hebben twee standen, een hoge
stand (comfort en meer veiligheid) en een lage stand
(beter zicht naar achteren voor de bestuurder).
De hoofdsteunen kunnen ook worden verwijderd.
Verwijderen van een hoofdsteun:
F
trek de hoofdsteun omhoog tot aan de aanslag,
F druk vervolgens de pal in.
Ga nooit rijden met passagiers op de
achterbank als de hoofdsteunen zijn
verwijderd; de hoofdsteunen moeten zijn
geplaatst en in de hoge stand staan.
Gebruik de functie alleen als de stoel wordt
gebruikt.
Verlaag de sterkte van de verwarming
zodra dit mogelijk is.
Als de stoel en het interieur een
aangename temperatuur hebben bereikt,
schakel dan de functie uit: een lager
stroomverbruik zorgt voor een lager
brandstofverbruik.
Langdurig gebruik op de maximale stand wordt
afgeraden voor personen met een gevoelige huid.
Kans op brandwonden bij personen met
een verminderd gevoel van warmte (door
ziekte, medicijngebruik, enz.).
Kans op oververhitting van het systeem bij
het gebruik van isolerend materiaal, zoals
zitkussens of stoelhoezen.
Gebruik de functie niet:
- als uw kleding nat is,
-
als een kinderzitje op de stoel is bevestigd.
Om beschadiging van het
verwarmingselement te voorkomen:
- plaats geen zware voorwerpen op de
stoel,
- ga niet op uw knieën op de stoel zitten
of erop staan,
- zet of leg geen scherpe voorwerpen op
de stoel,
- mors geen vloeistoffen.
Om kortsluiting te voorkomen:
- maak de stoel niet schoon met een
vloeibaar middel,
- gebruik de stoelverwarming nooit als
de stoel nat is.
De achterbank bestaat uit twee verstelbare en
neerklapbare rugleuningen en een vaste zitting.