Operation Manual

DIESEL
162
Berlingo-2-VP_nl_Chap07_Verication_ed01-2016
Brandstof
BRANDSTOFTOEVOER
UITGESCHAKELD
Bij een zware aanrijding wordt de
brandstoftoevoer automatisch door de
brandstofafsluiter onderbroken.
Als dit verklikkerlampje gaat
knipperen, verschijnt een
melding op het display.
Controleer buiten de auto of u
geen brandstof ruikt en of er geen
brandstoekkage is en herstel de
brandstoftoevoer als volgt:
- zet het contact af (stand STOP),
- neem de sleutel uit het contactslot,
- plaats de sleutel in het contactslot,
- zet het contact aan en start de
motor.
HANDOPVOERPOMP DIESELBrandstof voor dieselmotoren
De dieselmotoren zijn geschikt voor
biobrandstoffen die aan de huidige
en toekomstige Europese richtlijnen
voldoen en die aan de pomp getankt
kunnen worden:
-
Diesel die voldoet aan de richtlijn
EN590 gemengd met biobrandstof
die voldoet aan de richtlijn EN14214,
-
Diesel die voldoet aan de richtlijn
EN16734 gemengd met biobrandstof
die voldoet aan de richtlijn
EN14214 (met een gehalte aan
methyl-estervetzuren van 0 tot 10%),
-
Parafnehoudende diesel die voldoet
aan de richtlijn EN15940 gemengd
met biobrandstof die voldoet aan de
richtlijn EN14214 (met een gehalte aan
methyl-estervetzuren van 0 tot 7%).
De brandstof B20 of B30 die voldoet
aan de richtlijn EN16709 is ook
geschikt voor de dieselmotor van
uw auto. Maar als deze brandstof,
ook al is het slechts incidenteel,
wordt gebruikt, moeten de bijzondere
onderhoudsvoorschriften (voor "Zware
rijomstandigheden") strikt worden
nageleefd. Raadpleeg voor meer
informatie het CITROËN-netwerk of
een gekwaliceerde werkplaats.
In het geval van een lege brandstoftank is het
noodzakelijk het brandstofsysteem te ontluchten.
Overige HDi-motoren
- Vul de brandstoftank met minimaal
vijf liter diesel.
- Bedien de handopvoerpomp
voor de ontluchting (onder de
beschermkap in de motorruimte).
- Bedien de startmotor tot de motor
aanslaat.
BlueHDi-motor
- Vul de brandstoftank met minimaal
vijf liter diesel.
- Zet het contact aan (zonder de
motor te starten).
- Wacht ongeveer 6 seconden en zet
het contact af.
- Herhaal de handelingen 10 keer.
- Bedien de startmotor om de motor
te starten.
Het gebruik van elk ander type (bio)
brandstof (zuivere of verdunde
plantaardige of dierlijke olie, stookolie
...) is nadrukkelijk verboden (kans
op schade aan de motor en het
brandstofcircuit).
Alleen het gebruik van dieseladditieven
die voldoen aan de norm B715000 is
toegestaan.