User Guide

42
Cisco Unity Express 3.2-voicemailsysteem Gebruikershandleiding voor geavanceerde functies
OL-13259-01
Persoonlijke instellingen
Berichtinstellingen beheren
Het voicemailsysteem brengt u met de functie Berichtmelding op de hoogte van de ontvangst van nieuwe
voicemailberichten. De melding wordt gedaan op basis van ingestelde voorkeuren en schema’s door te
bellen naar een telefoon of numerieke semafoon of door het opstellen en verzenden van een tekstbericht
naar een tekstsemafoon of e-mailadres. Het type berichten waarvoor u berichtmeldingen kunt verzenden,
wordt geconfigureerd door de systeembeheerder.
Opmerking Niet alle menu-items zijn beschikbaar voor alle gebruikers. Als er een melding wordt weergegeven dat
de "berichtmelding is uitgeschakeld" wanneer u deze procedure probeert uit te voeren, is deze functie
uitgeschakeld.
De instellingen voor berichtmelding bewerken of configureren:
Stap 1 Voer de stappen uit in het gedeelte "Aanmelden bij VoiceView Express" op pagina 32 om het menu
Persoonlijke mailbox weer te geven.
Stap 2 Kies in het menu Persoonlijke mailbox Mijn opties en druk op Kiezen.
Stap 3 Kies Berichtinstellingen in het menu Mijn opties en druk op Kiezen.
Stap 4 Kies Berichtmeldingen in het menu Berichtinstellingen en druk op Kiezen.
Stap 5 Kies het voor meldingen te configureren apparaat en druk op Kiezen.
Stap 6 Kies in het menu voor het apparaat een van de volgende opties en druk op Kiezen:
• Meldingen Uit (Aan) — het verzenden van meldingen naar dit apparaat in- of uitschakelen.
• Nummer bewerken — het venster Nummer bewerken weergeven om het nummer te bewerken van
een apparaat voor telefonische berichtmelding. Druk vervolgens op << in het venster Nummer
bewerken om de getallen te wijzigen. Gebruik de kiestoetsen om het nieuwe nummer in te voeren.
Druk op Uitvoeren.
Tip De in Nummer toegestane tekens zijn 0-9. Voer in het nummerveld ook de getallen in die nodig
zijn om een buitenlijn te krijgen. Als u het veld leeg maakt door de getallen te wissen, wordt dit
apparaat automatisch uitgeschakeld.
• Extra getallen — geef het venster Extra getallen weer om extra getallen te configureren of
te
wijzigen die moeten worden gekozen nadat dit apparaat voor telefonische melding heeft
opgenomen. Druk vervolgens, indien nodig, op << om de getallen te wissen die moeten worden
gewijzigd. Gebruik de kiestoetsen om de extra getallen in te voeren. Om een plusteken in te voeren
(+) drukt u op # en houdt u # ingedrukt om "+" te kiezen in het bijbehorende menu. Herhaal dit voor
elk in te voeren extra getal en druk vervolgens op Uitvoeren.
Tip De toegestane tekens in extra getallen zijn 0-9, #, * en een plusteken (+) om een pauze in te
voeren. U kunt maximaal 64 tekens invoeren.
• Meldingsvoorkeuren — Geef het menu Meldingsvoorwaarden weer om de meldingsvoorkeuren
voor dit toestel te bewerken. Kies vervolgens de gewenste voorwaarde en druk op Kiezen.
Als
de opgegeven voorwaarde niet is toegestaan, verschijnt een foutmelding.