Instructions for use

50
• Deautozittingdientuitgerusttezijnmeteen
vasteofoprolbaredriepuntsgordel,die goed-
gekeurdis volgens deVoorschriftenUNI/ECE
N°16 of andere gelijkwaardige standaarden
(Fig.1).
• Gebruikhetautostoeltjenooit metdetwee-
puntsgordelvandeauto(Fig.2).
• Hetkan gebeurendatde gespvande veilig-
heidsgordeltelangisendevoorzienehoogte
tenopzichtevanhetonderstegedeeltevanhet
autostoeltje (Fig.3) overschrijdt.In dit geval
maghetautostoeltjenietopdiezittingwor-
denbevestigd,maarzalhijopeenanderezit-
tingmoetenwordengeïnstalleerd,dieditpro-
bleemnietheeft.Neemvoormeerinformatie
hierovercontactopmetdeautofabrikant.
• Hetautostoeltjekanvoorinopdepassagiers-
zittingwordenaangebracht,ofopéénvande
achterzittingen.Gebruikditautostoeltjenooit
opzittingendiezijdelingsgekeerdoftegende
rijrichtinginstaan(Fig.4).
• Alsdeautouitgerustismeteenhoogteregelaar
voordeveiligheidsgordel,plaatsjedezelaatste
opdelaagstestand.Controleervervolgensofde
gordelregelaartenopzichtevande rugleuning
van de autozitting naar achteren staat of er
hooguitopéénlijnmeestaat(Fig.5).
• Vooreengoedeinstallatiezorgjeervoor dat
de hoofdsteun van de autozitting de rugleu-
ningvanhetautostoeltjeopgeenenkelema-
nierindewegzit.
BESCHRIJVINGVANDEONDERDELEN
FotoA
A.Hoofdsteun
B.Rugleuning
C.Achterpaneelvanderugleuning
D.Armleuning
E.Zitje
F. Opening voor vergrendel/ontgrendelknop van
dewagen
G.Bekerhouder
H. Koppelstukken voor Ultrax bevestigingssys-
teem
FotoB
I.Instelhendelvoordehoogtevandehoofdsteun
J.Instelgreepvoordebreedtevanderugleuning
K.Achtervakvoordehandleiding
L.RuimtevoorUltraxkoppelstukken
FotoC
M.Geleiding om de diagonale gordel doorheen
tehalen
N.Zijvleugels
O.Passagesvandebuikgordel
P.Inzetstukkenvoorbekerhouder
Q.Bovenstegedeeltevandezitting
R.Onderstegedeeltevandezitting
S.BandvandeUltraxkoppelstukken
T.RingomdebandvandeUltraxkoppelstukken
tespannen
U.VerstelknopvandeUltraxkoppelstukken
FotoD
V.Scharnierrugleuning/zitting
W.Wagen
FotoE
X.Vergrendelpuntenvandehoesvandezitting
FotoF
Y.Vergrendel/ontgrendelknopvandezitting
HET AUTOSTOELTJE MET VEILIGHEIDSGOR-
DELSINDEAUTOINSTALLEREN
LETOP!Dezeinstructieshebben,zowelindetekst
alsopdetekeningen,betrekkingopdeinstallatie
vanhetautostoeltjeopde rechterachterzitting.
Verricht echter de handelingen voor installaties
opandereplaatsenindezelfdevolgorde.
1.Plaatshetautostoeltjeopdezittingenzetde
rugleuningervantegendievandeautozitting(Fig.
6).Controleerofderugleuninggoedopdeauto-
zittingaansluit.(Fig.7).
LETOP!Controleerofdehoofdsteunvandezit-
tingdehoofdsteunvanhetautostoeltjeniethin-
dert:hijmaghemnietnaarvorenduwen(Fig.8).
Alsdittochgebeurt,verwijderje dehoofdsteun
vandeautozitting.Denkervervolgensaandatje
dehoofdsteunweeropdeautozittingplaatst,als
hetautostoeltjewordtverwijderd.
2.Laathetkindmetderugstevigtegenderugleu-
ningvanhetautostoeltjeplaatsnemen(Fig.9).
3.Controleerdehoogtevandehoofdsteunenals
dezenietgoedis,steljezeaf:ziedehiervoorbe-
stemdeparagraaf.
4.Controleerdebreedtevanderugleuningenals
dezenietgoedis,steljezeaf:ziedehiervoorbe-
stemdeparagraaf.
5.Maakdeveiligheidsgordelvandeautovastdoor
hethorizontalegedeelteonderde tweearmleu-
ningenopdemetroodaangegevenplaatsendoor
tehalenenhetdiagonalegedeeltealleenonderde
armleuningaandekantvandegesp(Fig.10).
6.Haal de diagonale gordel vervolgens door de
rodegeleiding(Fig.11).
7.Trekhetdiagonalegedeeltevandeautogordel
in de richting van het oprolsysteem, zodat de
helegordelgoedgespannenwordtengoedopde
borstkasendebenenvanhetkindaansluit,maar
trekhemniettestrakaan!(Fig.12).
8.Numoethetautostoeltjegoedbevestigdzijn
(Fig.13).
LETOP!
Controleerofdeautogordelgoedgespannenis.
Controleer of de autogordel niet verdraaid zit
51