Datasheet
Conform Verordening (EG) Nr. 1907/2006 (REACH), Annex II, zoals gewijzigd bij Verordening (EU) 2015/830 van
de Commissie
Chemask®
RUBRIEK 4: Eerstehulpmaatregelen
Opmerkingen voor arts
Na inhalatie van afbraakproducten in geval van brand kunnen symptomen met
vertraging optreden. Het slachtoffer moet mogelijk 48 uur lang onder medisch
toezicht blijven.
:
Specifieke behandelingen
Inslikken
Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn:
Veroorzaakt irritatie aan mond, keel en maag.
Inslikken Raadpleeg een arts.
:
4.3 Vermelding van de vereiste onmiddellijke medische verzorging en speciale behandeling
Geen specifieke behandeling.
:
In geval van brand, isoleer het terrein direct door alle personen uit de buurt van het
incident te verwijderen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op
persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Dit materiaal is giftig
voor waterorganismen. Met dit materiaal verontreinigd bluswater dient te worden
opgevangen, zodat het niet in het oppervlaktewater, riool of afvoer terechtkomt.
Gevaarlijke
verbrandingsproducten
Risico's van de stof of het
mengsel
Afbraakproducten kunnen onder meer zijn:
kooldioxide
koolmonoxide
stikstofoxiden
zwaveloxiden
metaaloxide(n)
Bij brand of verhitting loopt de druk op en kan de houder barsten.
Brandbestrijders dienen geschikte kleding te dragen en een onafhankelijk
ademhalingstoestel (SCBA) dat een volledig gelaatsdeel heeft en met een
overdrukmodus werkt. Kleding voor brandweerlieden (inclusief helmen,
beschermende laarzen en handschoenen), overeenkomstig Europese norm EN 469,
geeft een basis beschermingsniveau voor incidenten met chemische stoffen.
Speciale beschermende
uitrusting voor
brandweerlieden
Gebruik een blusmiddel dat geschikt is voor de ontstane brand.
5.1 Blusmiddelen
:
:
:
Geen bekend.
Geschikte blusmiddelen
:
Ongeschikte blusmiddelen
:
RUBRIEK 5: Brandbestrijdingsmaatregelen
5.2 Speciale gevaren die door de stof of het mengsel worden veroorzaakt
5.3 Advies voor brandweerlieden
Speciale beschermende
maatregelen voor
brandbestrijders
:
RUBRIEK 6: Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het
mengsel
6.1 Persoonlijke voorzorgsmaatregelen, beschermingsmiddelen en noodprocedures
Voor andere personen dan
de hulpdiensten
:
Voor de hulpdiensten
:
Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of
in geval van onvoldoende training. Evacueer omringende gebieden. Zorg dat
onbeschermd en overbodig personeel niet binnenkomt. Raak gemorst materiaal
niet aan en loop er niet doorheen. Vermijd inademen van damp of nevel. Zorg voor
voldoende ventilatie. Draag het daartoe geëigende ademhalingsmasker bij
onvoldoende ventilatie. Draag geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen.
Indien speciale kleding is vereist voor het hanteren van het gemorst product, lees
dan ook de eventuele informatie in Rubriek 8 over geschikte en ongeschikte
materialen. Zie ook Rubriek 8 voor aanvullende informatie over hygiënische
maatregelen.
Datum van uitgave/Revisie datum
:
5/15/2017
Datum vorige uitgave
:
Geen vorige validatie
Versie
:
1
5/16










