Operation Manual
30
gebruiksaanwijzing
NL
gebruiksaanwijzing
Regeling comfort- en verminderde temperatuur van de
verwarmde zone
Ingeval van verbinding van de verwarmingsketel met een
modulerend apparaat is het mogelijk de gewenste comfort- en
verlaagde omgevingstemperaturen te regelen, op basis van de
geïntegreerde uurprogrammatie.
In verwarmingsmodus worden de activatie en de werking van de
verwarmingsketel beheerd teneinde de geregelde temperaturen te
bereiken.
Regeling van de comforttemperatuur
Om de omgevingstemperatuur te regelen ga als volgt te werk :
- druk op de toets Menu/OK, op het display knippert 000
- de encoder draaien om het menu 400 - "Parameters zone 1 te
selecteren "
- druk op de toets Menu/OK om naar ondermenu 400 - "Regeling
Temp te gaan"
- druk op de toets Menu/OK om naar parameter 400 - "T omgeving
comfort te gaan"
- druk op de toets Menu/OK om de parameter te wijzigen, draai de
encoder om een nieuwe waarde te selecteren
- druk op de toets Menu/OK om de wijziging op te slaan
- druk op de toets e
sc om uit het menu te gaan.
Om de comforttemperatuur van de zone 2 (indien aanwezig) te
regelen, ga identiek te werk door het menu 5 te selecteren.
Regeling van verlaagde temperatuur
Om de omgevingscomforttemperatuur te regelen als volgt te werk
gaan :
- druk op de toets Menu/OK, op het display knippert 000
- de encoder draaien om het menu 400 - "te selecteren Parame-
ter zone 1"
- druk op de toets Menu/OK om naar het ondermenu 400 - "Rege-
ling Temp te gaan"
- druk op de toets Menu/OK et draai de encoder om toegang te
krijgen tot de parameter 401 - "verlaagde omgevings T"
- druk op de toets Menu/OK om de parameter te wijzigen, draai de
encoder om een nieuwe waarde te selecteren
- druk op de toets Menu/OK om de wijziging op te slaan
- druk op de toets e
sc om uit het menu te gaan.
Om de verlaagde temperatuur van de zone 2 te regelen (indien
aanwezig), identiek tewerk gaan door het menu 5 te selecteren.
Regeling van vaste temperatuur vanaf de
verwarmingszone
Deze parameter wordt gebruikt om de kamertemperatuur van de
verwarming te regelen indien de thermoregeling geactiveerd is op
vaste temperatuur.
Het is mogelijk de vaste temperatuur te regelen in de zone 1 en de
zone 2 (indien aanwezig).
Om de vaste temperatuur van de installatie te regelen, als volgt te
werk gaan :
- druk op de toets Menu/OK, op het display knippert 000
- de encoder draaien om het menu 400 - "te selecteren Parame-
ter zone 1"
- druk op de toets Menu/OK om naar het ondermenu te gaan 400
- "Regeling Temp"
- druk op de toets en draai de encoder om naar de parameter te
gaan 402 - "Vaste Temp CH"
- druk op de toets Menu/OK om de parameter te wijzigen, draai de
encoder om een nieuwe waarde te selecteren
- druk op de toets Menu/OK om de wijziging op te slaan
- druk op de toets e
sc om uit het menu te gaan.
Om de vaste verwarmingstemperatuur van de zone 2 te regelen
(indien aanwezig), te werk gaan op identieke wijze door het menu
5 te selecteren.
T ambiance comfort
T ambiance réduite
Temp fixe CH
Dagtemp
Nachttemp
Vaste Temp